Landhuis Elswout: 390 jaar verder

Op 1 juni 2023 was de feestelijke opening van landhuis Elswout. De buitenplaats Elswout dateert uit 1633, kende verschillende eigenaren en kwam in de negentiende eeuw tot grote bloei onder drie generaties van de handels- en bankiersfamilie Borski. De laatste Borski van Elswout – Willem Borski III – had grootse plannen voor het landhuis en gaf architect Constantijn Muysken opdracht tot de bouw van een Italiaans paleis. Het project kwam echter stil te liggen na zijn plotselinge dood, in 1884. Elswout bleef onafgebouwd en meer dan een halve eeuw lang stonden enkel de vier gevels overeind. In WO II hebben de Duitsers het pand geconfisqueerd en van vloeren en een dak voorzien. Weer een kwart eeuw later, in 1970, kwam het landhuis in bezit van Staatsbosbeheer. Voor een symbolisch bedrag van 1 gulden verkocht Staatsbosbeheer landhuis Elswout vervolgens rond de eeuwwisseling aan Luigi Prins / Cobraspen Groep, dat uiteindelijk in 2004 startte met de afbouw in de door Willem Borski III beoogde stijl. Daartoe nam Luigi Prins de originele interieurtekeningen als uitgangspunt, die hij na intensief archiefonderzoek bij een van de nazaten van de familie Borski had teruggevonden.

Op 20 september 2024 verscheen Landhuis Elswout: 390 jaar verder, een overzichtswerk over het bijna vierhonderd jaar oude rijksmonument. In het boek is het verhaal van Landhuis Elswout opgetekend en gevangen in tekst, tekeningen, schilderijen, de originele bouwtekeningen van architect Muysken, documenten en een fotoreportage. Landhuis Elswout: 390 jaar verder beschrijft de geschiedenis van buitenplaats Elswout, vanaf de stichting van het landgoed in 1633 en de verschillende landhuizen die er door de eeuwen heen zijn gebouwd, tot en met de afbouw van het huidige Landhuis Elswout in Italiaanse stijl, afgerond in 2023. Ruwweg de tweede helft van het boek gaat over het afbouwproces van de afgelopen decennia, de eerste helft over de eeuwen daarvoor.

Het overzichtswerk is exclusief en in beperkte oplage verkrijgbaar bij boekhandel De Vries Van Stockum te Haarlem.

En kijk vooral ook de documentaire op youtube.

Bijeenkomst nieuwe samengestelde bomen

Zie ook eerdere weblog.

Bijeenkomst nieuwe samengestelde bomen
27 september 2024
De Proef Frederiksoord
Majoor van Swietenlaan 15
8382 CE Frederiksoord

Samengestelde bomen, of boombundels komen voor op 19e-eeuwse landgoederen, buitenplaatsen, begraafplaatsen, pastorietuinen en dergelijke. Op dit moment vallen er overal bomen om en dat roept vragen op. Kan ik een nieuwe boom planten hoe doe ik dat etc. Uit de vraag van Leendert de Graaf hoe samengestelde bomen te kweken, bleek dat die kennis er niet meer is. Vele mensen reageerden op zijn vraag. Waarop we de indruk kregen, het leeft.

Om die kennislacune op te vullen en de praktijk nieuw leven in te blazen hebben Lucia Albers, Heilien Tonckens en Leen, op suggestie van Lucia het initiatief genomen een
kenniscentrum annex experimenteerplek op te zetten op de locatie van de voormalige
G.A. van Swieten Tuinbouwschool van de Maatschappij van Weldadigheid in
Frederiksoord, nu genaamd De Proef.

Op die historische locatie houden we op 27 september 2024 het congres “Samengestelde Bomen”. Het doel is kennisuitwisseling, prikkeling en inspiratie om zo te komen tot een kansrijke opzet van het experiment. Uitnodigingen voor deze studiebijeenkomst gaan naar deskundigen op het gebied van Historisch Groen, theorie en vooral praktijk, als tuinbazen, boomkwekers en bosbazen, eigenaren/beheerders en vertegenwoordigers van organisaties gericht op historisch groen. Inbreng met foto’s, verhalen, historische en of praktijkkennis wordt dan ook op prijs gesteld. Beeld graag van tevoren digitaal opsturen zodat het gebruikt kan worden tijdens de middag. Voor verdere opmerkingen en of aanvullingen neem van tevoren contact met ons op.

Programma
12.00 Ontvangst met lunch en koffie of thee
12.45 Korte rondwandeling over het terrein van De Proef
13.20 Opening door Heilien Tonckens, voorstellen van de werkgroep.
13.30 Inleiding over samengestelde bomen door Lucia Albers
14.15 Uitwisseling vanuit de zaal:
toelichting bij digitale foto’s (van tevoren op te sturen)
bijzondere feiten of weetjes. Indeling maken in type bomen op posters aan
de muur.
14.40 Pauze
15.00 In werkgroepen aan de slag met de volgende onderwerpen:
Bouwen van database en waar onder te brengen.
Wat zijn nu de meest gewenste boomvormen en boomsoorten die gebruikt
zijn.
Hoe pak ik de opkweek van de bomen aan.
16.00 Terugkoppeling van de werkgroepen en conclusies
16.30 Hoe verder, slotconclusie, afsluiting.
Napraten met drankje

U kunt zich aanmelden bij Heilien Tonckens mail@heilien.nl
De kosten, inclusief lunch en koffie bedragen € 25,00
Na aanmelding krijgt u een email met betaalgegevens.

Platform Groen Erfgoed: “Een breder beeld”


Vrouwelijke studenten op Tuinbouwschool Huis te Lande

Het Platform Groen erfgoed met als onderwerp ‘Een breder beeld’ vindt plaats op woensdagmiddag 2 oktober 2024 bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in Amersfoort.

Dit platform gaat over vergeten of ongeschreven tuingeschiedenis. Wat we nu groen erfgoed noemen is mede tot stand gebracht door mensen (en dieren) die we niet terugzien in de geschiedschrijving. Hoe raken onderwerpen als slavernij, vrouwenemancipatie en werkverschaffing het groene erfgoed? Informatie over uitbuiting of ontkenning van mensen, dieren of planten, komt langzaam beschikbaar. We bespreken de bronnen die onderzoekers gebruiken en hoe de gevonden informatie in te zetten is voor een beter begrip van het groene erfgoed.

U kunt dit platform live of online bijwonen, dit kunt u aangeven bij het aanmelden. Voor de online deelnemers is het niet mogelijk om vragen te stellen of om mee te doen aan de discussie. Via deze pagina aanmelden.

Programma
13.00 Inloop
13.20 Digitale inloop
13.30 Welkom door Joost van der Linden, dagvoorzitter
13.35 Inleiding bij het programma ‘Een breder beeld’, Natascha Lensvelt
13.45 Blinde vlekken in het onderzoek naar de rol van gender van de Nederlandse tuinarchitectuur, Anne Mieke Backer
14.15 Werklozengrond. Het landschap van de werkverschaffing, Lennert Savenije
14.45 Speakerscorner
14.50 Pauze
15.20 Botanische Schatzoekers: Vroegmoderne buitenhuiseigenaren en de invoer van exotische planten, Camilla de Koning
15.50 Van plantenjagers tot plantenverzamelaars, Gerard van Buiten
16.20 Discussie en afsluiting

 

Nationaal Centrum voor de Nederlandse Buitenplaatscultuur

Vorige week is Asker Pelgrom begonnen als projectleider voor het nieuwe Nationaal Centrum voor de Nederlandse Buitenplaatscultuur. Dit nog op te starten centrum gaat zich inspannen om de kennis over kastelen, historische buitenplaatsen en landgoederen (KBL) te bundelen en te delen. Dat moet het draagvlak voor dit bijzondere erfgoed vergroten en zo bijdragen aan de instandhouding ervan. Standplaats en startpunt voor het nieuwe kenniscentrum is Huis Landfort te Megchelen. De geschiedenis van tuin- en landschapsarchitectuur, ons ding, is enerzijds slechts een klein facet van KBL en anderzijds strekt het zich ook tot ver buiten KBL. Heel benieuwd wat het kenniscentrum gaat bieden, ook naar hetgeen dat buiten onze niche ligt. Zie hier voor het nieuwsbericht.

Vernieuwde AHN viewer

Aan de noordzijde van Ede ligt landgoed Kernhem. Van de oostgevel van het huis loopt een lange laan in oostelijke richting. Sinds begin vorige eeuw wordt de laan doorsneden door de Kippenlijn, de spoorlijn Ede-Wageningen – Barneveld – Nijkerk. Het laantracé ten oosten van de spoorlijn loopt op een gegeven moment over een heuvel, naar het schijnt een grafheuvel. Rondom deze locatie is vermoedelijk in 1734/1735 een doolhof aangelegd. Doolhoflaan is dan ook geen vreemde naam voor de laan, net zo min als Gravenlaan en Gravenheuvel, naar de heren van Kernhem, de graven Van Wassenaer-Obdam.

Dit doolhof wordt door Mathilde Maijer gebruikt om de weergave van de nieuwe AHN vieuwer te tonen. AHN, een ieder die bijvoorbeeld archeologisch, landschapshistorisch of tuinhistorisch onderzoek doet gebruikt het veelvuldig. Of dat nou via de AHN viewer gaat of langs andere wegen. Nou bestaat de AHN viewer blijkbaar 7 jaar en was deze aan vernieuwing toe (zie hier).

Met allerlei verbeteringen, maar naar blijkt ook reuzenstappen achteruit. De afbeeldingen hierboven en hieronder, met nieuwe versus oude viewer, illustreren dit. De viewer vindt u hier: www.ahn.nl/ahn-viewer. Met ook een link naar de oude viewer, tot 1 oktober…

Mathilda roept op AHN aan te schrijven om de oude viewer te behouden.
Mail info@ahn.nl !!
Jan Holwerda

Wandelpark – C.P. Broersepark


Wandelpark Nieuwer-Amstel (1928) (Bron: Gids Nieuwer-Amstel) groot

Zo maar wat afbeeldingen na bladeren in de Gids Nieuwer-Amstel uit 1928. Daar staat de bovenstaande vogelvluchtfoto van het net aangelegde Wandelpark in, naar een ontwerp van D.F. Tersteeg uit 1926. Nu dus bijna 100 jaar oud en sinds 1967 C.P. Broersepark geheten, naar Christiaan Pieter (Chris) Broerse (1902-1995). Na een sollicitatiegesprek met Tersteeg kwam Broerse per 13 oktober 1927 in dienst van de gemeente Nieuwer-Amstel, het latere Amstelveen. Hij groeide al snel door tot directeur van zowel de Plantsoenendienst als van de begraafplaats Zorgvlied (1931).
Meer over Broerse, zie deel 1, deel 2, en deel 3.


Wandelpark Nieuwer-Amstel (1928) (Bron: Gids Nieuwer-Amstel) groot

Die jeugdfoto’s van ieder park zo toch echt aansprekend, net als beelden van aanlegwerkzaamheden dat zijn. Hier nog een luchtfoto en het ontwerp van D.F. Tersteeg.
Jan Holwerda


Ontwerp Wandelpark Nieuwer-Amstel (1926), D.F. Tersteeg

De vijvers van Duivenvoorde op kaart (1881)


Hulpkaart met Duivenvoorde (1881, Voorschoten) (Bron: Kadaster archieven) groot

Nog een paar nachtjes slapen en dan zijn we met een Cascade gezelschap op Duivenvoorde…

In een kasboek van Jhr.N.J.Steengracht (1806-1866) in het Nationale Archief te Den Haag staat : ‘31 december 1837 voor J.D. Zocher wegens teeken.v.e.plan v.Duivenvoorde f 600.-‘. Dat ontwerp is of niet bewaard gebleven en i.i.g. niet te vinden (zie oproep).

Volgende betalingen aan Zocher zijn gedaan in en/of over 1841-1843 en 1846-1849 en een losse in 1857. In juli 1849 zal Zocher gereed zijn geweest. Grappig is dat P.J. Lutgers in Gezigten in de omstreken van ‘s-Gravenhage en Leyden, dat in 1855 verscheen, schreef dat de tuinen ‘door onzen bekwamen Zocher in 1836 geheel veranderd en op nieuw aangelegd zijn.‘ Nou werden rekeningen vroeger nogal eens laat betaald, soms jaren later. Kan het ontwerp uit 1836 stammen en dit reden zijn dat Lutgers de omvorming aan dat jaar hing? Korneel Aschman die de rondleiding gaat doen heeft vast een mening, maar eens horen…

De Topografische kaart van 1876 brengt het resultaat van de omvorming naar voren, met nieuwe dan wel vergraven vijvers, open en dichte terreindelen en het tracé van de wegen. Op de RTC van 2019 liet ik een veldminuut en hulpkaart met die nieuwe vijvers zien, kaarten van het kadaster uit 1881. Meer dan 30 jaar nadat de vijvers waren gegraven. De veldminuut geeft de inmetingen in kaart weer. Op de hulpkaart staat de uitwerking op een ondergrond met in grijs de oude kadastrale percelen en nummers. Mooi te zien waar wel en waar niet gebruik is gemaakt van de oude vijvers. Maar de wegen en paden dan? En andere details? Tja, daar was het kadaster niet in geïnteresseerd. Kortweg gaat het om eigendomsrechten, gebouwen, grondgebruik en belastingopbrengst. Het is al heel bijzonder dat die vijvers opnieuw zijn ingemeten! Er zijn genoeg voorbeelden waar rond het landhuis een groot kadastraal perceel staat ingetekend, met de duiding tuin of park. En dat verdere details niet op kaart zijn gekomen, zoals bv een grote landschappelijke vijver in dat kadastrale perceel. Niet interessant voor het kadaster.
Als bij iedere kaart is de vraag wat was het doel van de kaart? Wat was de achtergrond? Wat werd op kaart gezet en wat werd weggelaten? Tenslotte kan niet alles op dat velletje papier dat zoveel kleiner is dan de werkelijkheid. Iets wat niet op kaart staat kon er wel wezen. En iets wat wel op kaart staat kon al verdwenen zijn voor de kaart uitkwam of zijn doorgekopieerd uit het verleden en in werkelijkheid al niet meer bestaan. Of het kwam pas decennia na realisatie op kaart, zoals de vijvers van Duivenvoorde.
Tja, onbetrouwbare bronnen die kaarten 🙂
Jan Holwerda

Veldwerk met Duivenvoorde (1881, Voorschoten) (Bron: Kadaster archieven) groot

Het Loo en Noordeinde door Goetghebuer


Chateau du Loo (1817-1825), P.J. Goetghebuer (Universiteitsbibliotheek Gent BE) groot

Eerder kwam Goetghebuer al even naar voren, zie hier. Met Paviljoen Welgelegen (Haarlem) in de boeken, als tekening en op koperplaat. Die tekening ligt in Universiteitsbibliotheek Gent (België). Daar liggen ook de bovenstaande van Het Loo en die van Paleis Noordeinde hier onder.

Ik lees dat Pierre-Jacques Goetghebuer (1788-1866) in 1810 werd benoemd tot professor in de architectuur in Gent, na een opleiding in architectuurtekenen aan de plaatselijke Koninklijke Academie voor Tekenkunst, Schilderkunst en Architectuur. Vanaf 1817 werkte hij aan een uitgave met afbeeldingen van de merkwaardigste bouwwerken uit het pas opgerichte Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, zowel oude monumenten als eigentijdse neoclassicistische gebouwen. Die boeken zijn Verzameling der Merkwaardigste Gebouwen in het Koninkrijk der Nederlanden (1825) en Choix des monumens, édifices et maisons les plus remarquables du Royaume des Pays-Bas (1827). Daarin staat wel Soestdijk, maar niet de twee hier getoonde huizen. Of de tekeningen zijn van later datum. Of ze hebben het boek niet gehaald.
Jan Holwerda

Palais royal à la Haye (1817-1825), P.J. Goetghebuer (Universiteitsbibliotheek Gent BE) groot

Wilde J.D. Zocher jr toch een overzichtswerk samenstellen?

Gisteren (zie hier) al even vermeld dat de Immerzeeltjes hun informatie voor wat betreft de nog levende kunstenaars enz. verkregen door het laten invullen van een lijst met Vraagpunten. Jan David Zocher (1791-1870) deed dit ook, op 12 dec 1840. Hij vult in dat hij geboren is op 12 febr 1790. Foutje, moet 1791 zijn. Wat hebben die Zochers toch met foutieve geboortedata? Gelukkig staat het in de publicaties goed.
Zijn Kunstvak is ‘Bouwkunde en het aanleggen van landgoederen en publieke wandelingen‘. Lang van stof is de invulling onder ‘Verdere bijzonderheden tot toelichting’, deze vervolgt op de lege achterzijde van het formulier. Het gaat o.a. over zijn werken en qua inhoud neemt Immerzeel alles over. Vandaar de uitgebreide lijst van werken in het boek, zie hier. Het was niet zozeer dat Immerzeel goed op de hoogte was, Zocher fluisterde het in.

Rijksmuseum Amsterdam stuurde mij scans van voor- en achterzijde van het formulier, hier en hier.

In de tekst van Immerzeel staat ‘...verscheiden andere goederen in Zeeland, Noord-Brabant en België.‘. Zocher zelf vervolgt met ‘welke in het bijzonder op te noemen hier te omslagtig zou zijn, ook is het mijn voornemen alle mijne werken nader in het licht te geven.

Hoe jammer. Of het is nooit zover is gekomen. Of het stuk is verloren gegaan.
En dan zijn er nog zijn werken van na 1840…
Jan Holwerda