Schuurlezing (tuin)archeologie.

Zoals u mogelijk weet zijn er jaargangen van de niet meer bestaande opleiding Tuinkunst en Parken te Utrecht (wat nu de Leergang Groen Ruimtelijk Erfgoed te Den Bosch is) die middels een eigen excursieprogramma onderlinge contacten in stand houden, maar zodoende ook aan ‘interne’ kennisontwikkeling doen. Een van de jaargangen houdt aanstaande zondag, 17 feb. dus, een aantal lezingen; onder de noemer Schuurlezing (tuin)archeologie.

Het vindt plaats in de schuur (verwarmd!) van en bij Kees Beelaerts en omvat een drietal lezingen:
11.00 uur verzamelen en thee/koffie in de schuur. Parkeerplaats is toegankelijk via de eerste oprit vanaf de Bergseweg vanuit Vreeland (Bergseweg 18, 3633 AK Vreeland);
11.30 uur Start lezing  + discussie Kees Beelaerts (Erfgoed Hovenier Groenpartners)
Archeologie als instrument om resultaten uit het tuinhistorisch onderzoek te bevestigen of vollediger te maken. De noodzaak om aan de richtlijnen voor tuinhistorisch onderzoek, waardestelling groen erfgoed een archeologische paragraaf toe te voegen. Het verhaal wordt ondersteund door enige voorbeelden;
12.30 uur Lunch (Boterham zelf meenemen, voor koffie wordt gezorgd!);
13.30 uur Lezing + discussie van Geert Overmars (rMA student Archeologie stedelijke ontwikkeling Universiteit van Amsterdam)
Wat is archeologie? Hoe is archeologie in Nederland georganiseerd en hoe wordt dat in de praktijk uitgevoerd. Kan de Nederlandse archeologie lering trekken uit de ervaringen met tuinarcheologisch onderzoek in het buitenland?;
14.30 uur Lezing + discussie van Petra Doeve (tuinhistorisch onderzoeker en student archeologie Universiteit Leiden)
Het potentieel van tuinarcheologie in Nederland nader bekeken. Wat kan archeologie betekenen voor tuinhistorisch onderzoek? Wat kan tuinhistorie betekenen voor archeologisch onderzoek?;
15.30 uur Einde lezingen; voor de liefhebber is er een wandeling over buitenplaats Vreedenhorst o.l.v. Kees;
16.30 uur Napraten of toch naar huis.

Er is beperkte parkeergelegenheid, daarom ook het verzoek om zoveel mogelijk te carpoolen. Op het moment dat de parkeerplaats vol is, is er ook gelegenheid om te parkeren in Vreeland op de parkeerplaats van Greiff (ca. 800 m) Er moet dan ter plekke even een pendeldienst opgezet worden, maar wellicht is dit niet nodig.
Er zijn geen kosten aan verbonden, maar een vrijwillige bijdrage wordt uiteraard op prijs gesteld.

De schuur is nog niet vol, er is nog ruimte voor geinteresseerden en Kees BvB nodigt u van harte uit. Graag aanmelden per email: keesbvb@xs4all.nl.

Cascade bulletin 2012-2 is uit.

Afgelopen week verscheen het Cascade bulletin 2012-2.
Het bulletin opent met een lange bijdrage van Carla en Juliet Oldenburger over Hollandse tuinkunst in Rusland. De  invloed van de Hollandse tuinkunst op de Russische wordt aangetoond en de opvattingen van Russische en  Nederlandse tuinhistorici over de kenmerken van Hollandse tuinen in Rusland worden vergeleken.
Een tweede kort artikel, over Beeckestijn, is van de hand van Jan Holwerda. De overbekende plattegrond van Beeckestijn vermeldt Gemeeten Geteekend en in dese Stand gebragt, door den Architekt, J.G. Michael, 1772. Het blijkt echter dat de tekening van de tuin al in 1770 is vervaardigd.
Een drietal recensies sluiten dit bulletinnummer af: over De Kemnade Een sieraad voor de omgeving, Kasteel Groeneveld Buitenplaats voor stad en land  en Welgelegen, biografie van een Copijn-huis.

Direct ook maar even twee correcties:
p.8 : Paviljoen Welgelegen is niet door Peter de Grote bezocht, de bouw van dit landhuis startte pas in 1785; wel bezocht hij de Haarlemmerhout.
p. 51: Het boek Welgelegen, biografie van een Copijn-huis is niet is 2010, maar in 2011 verschenen.

Veel Groen op de Nederlandse Restauratiebeurs 2013.

Groen Erfgoed wordt een belangrijk thema op de Nederlandse Restauratiebeurs die op 18, 19 en 20 april 2013 in de Brabanthallen te ’s-Hertogenbosch wordt gehouden.
De Nederlandse Restauratiebeurs is een tweejaarlijks evenement voor iedereen die betrokken is bij beheer en behoud van ons nationale erfgoed. Op deze grootste vak- en publieksbeurs in ons land kunnen professionals, eigenaren, adviseurs, belangenbehartigers, en vrijwilligers elkaar ontmoeten, ervaringen uitwisselen en zich op de hoogte stellen van de nieuwste ontwikkelingen in onderzoek, regelgeving, uitvoering, materialen, technieken en financiering. Een groot scala aan deskundigen staat klaar om vragen te beantwoorden. Met lezingen en presentaties in de beurstheaters worden vele onderwerpen voor het voetlicht gebracht.

Extra aandacht
Dit jaar besteedt de Nederlandse Restauratiebeurs extra aandacht aan Groen Erfgoed. Op het groots opgezette Groenplein zullen vakorganisaties, adviesbureaus, leveranciers en verenigingen op het vakgebied van Groen Erfgoed zich presenteren in een sfeervolle entourage. Belangrijke en bekende organisaties hebben hun deelname inmiddels toegezegd, zodat bezoekers hier antwoord kunnen vinden op alle vragen om advies, hulp of informatie.
Daarnaast zal het theater elke dag gevuld zijn met interessante lezingen en boeiende debatten over onderwerpen en thema’s van Groen Erfgoed. Deze worden georganiseerd in samenwerking met belangrijke Nederlandse verenigingen en opleidingen, zodat een afwisselend en deskundig programma wordt aangeboden.

Platform Groen Erfgoed
Op donderdagmiddag 18 april vindt het halfjaarlijkse Platform Groen Erfgoed plaats, deze keer dus op de Nederlandse Restauratiebeurs. De programmacommissie van het platform organiseert in samenwerking met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed lezingen met als thema: ‘Restaureren: eerste hulp of opereren?’ Vier deskundigen zullen vanuit de theorie of praktijk van Groen Erfgoed ingaan op de vraag: ‘Wanneer en hoe in te grijpen in het verval van historische tuinen, parken en buitenplaatsen?’.

Groene Colleges
De Vereniging Kennisontwikkeling Groen Erfgoed, de Vakgroep Erfgoedhoveniers en het Gilde van Tuinbazen zijn verantwoordelijk voor de Groene Colleges op vrijdagmiddag 19 april. Toegezegd zijn reeds voordrachten over stinzenplanten en historische moestuinen. Naast informatie over de geschiedenis zullen de sprekers zeker ook in gaan op duurzame toekomst en gewenst beheer.

Groene Discussie
Op zaterdag 20 april is het Tuinhistorisch Genootschap Cascade die de Groene Discussie stimuleert. Bekende onderzoekers en planopstellers zullen een inleiding geven over een aspect of onderdeel van Groen Erfgoed en hierna met het publiek in gesprek gaan.

Gratis
Alle onderdelen zijn steeds vrij toegankelijk voor alle beursbezoekers, waarbij er de keus is om aan het gehele programma deel te nemen of slechts een enkele lezing te
volgen. Alle leden van de organiserende instellingen en deelnemende partijen kunnen via hun organisatie gratis toegangskaarten bestellen, waarmee zij de gehele
dag de beursvloer kunnen bezoeken. Ook voor relaties van de exposanten zijn dergelijke gratis kaarten beschikbaar.

Zie ook www.restauratiebeurs.nl.

De buitenplaats Voorlinden, Wassenaar. Toevoeging van een museum.


Villa Voorlinden (links) en het ontworpen museum (rechts).


Artist impression van het museum.

Momenteel ligt een ontwerp omgevingsvergunning ter inzage bij de gemeente Wassenaar voor de bouw van een museum voor moderne kunst, de Caldic Collectie, op buitenplaats Voorlinden te  Wassenaar. Bureau Kraaijvanger, Rotterdam, tekent voor het ontwerp van een transparant gebouw, lengte 110 meter, breedte 53 meter, hoogte 8,2 meter (de villa is 16 meter hoog). De afstand van het gebouw tot de Buurtweg met woningen is circa 450 meter. Landschapsarchitect Niek Roozen heeft een ontwerp gemaakt voor een landschappelijke herinrichting, daarbij een schetsplan van Springer uit 1913 volgend doch niet kopiërend. Het plan is hierbij gevoegd. Roozen koos als bomenbestand onder andere de moerascypres nabij waterpartijen, lindebomen, zilveresdoorn, grauwe abeel, Robinia pseudo acacia, grove den. RCE heeft gunstig geadviseerd zij het met een reeks adviezen. Voor details zie www.wassenaar.nl, aldaar ‘Plannen en Projecten,Ontwikkeling Landgoed Voorlinden’. De Welstandscommissie heeft geen goedkeuring gehecht aan de gekozen locatie voor het museum, ook nadat andere locaties waren onderzocht maar te licht werden bevonden. Van een transformatie vanuit een boerenhoeve naar een buitenplaats in de Zocherstijl (v.a. ca. 1803) naar een transformatie in de Johnston/Springer stijl (1912), kan men nu ook van een transformatie spreken? Of is er sprake van een ‘Nieuwe Laag’ ?
Joost Gieskes

Zie ook de eerdere weblog van 17 okt 2012.


De villa (links) en het ontworpen museum (rechts) op landgoed Voorlinden.

Tuinontwerp op koektrommel.


Koektrommel met plattegrond Coopersburg te Akkrum.
Bron: alyvandermark.blogspot.nl.  Klik hier om groot te zien.

Aly van der Mark, u weet wel, Vlaskamp Aly, is een eigen weblog begonnen: alyvandermark.blogspot.nl. Een van de eerste weblogs gaat over Coopersburg te Akkrum: een wooncomplex voor arme, oude mensen met een tuin ontworpen door Gabe Westra, de opvolger van Gerrit Vlaskamp (Gabes moeder was Jitske Vlaskamp, een zuster van Gerrit). De tekening van de tuin is niet bewaard gebleven, maar hij staat wel op een koektrommeltje.  JH

De magie van de landschappen van de jaren dertig.

Het Netwerk Historisch Cultuurlandschap, Uitgeverij Vantilt en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed nodigen u van harte uit voor de Wintermiddag, met als onderwerp: ‘De magie van de (landschappen van de) jaren ’30’. De Wintermiddag vindt plaats op vrijdag 8 februari a.s. om 13.30 uur in de Aula van de RCE te Amersfoort.

Programma
13.30 uur: Welkom door Henk Baas (RCE);

I. Landschappen uit de jaren ’30:
13.40 uur: André Geurts, Conservator bij Nieuw Land Erfgoedcentrum, ‘De traditie uitgedaagd: inrichting en vormgeving van de Wieringermeer 1930-1941’;
14.05 uur: Marinke Steenhuis, Bureuau SteenhuisMeurs: ‘Gebiedseigen stads- en dorpsuitbreidingen in de jaren dertig: het werk van stedenbouwkundige ir. P. Verhagen (1882-1950)’;
14.30 uur: Eric Blok, Bureau SB4: ‘Stads- en volksparken in crisistijd’.

15.00 uur: Pauze

II Boekpresentatie ‘De Magie van het jaren ’30 huis’
15.30 uur: vervolg middagprogramma, introductie;
15.40 uur: Joost Kingma: ‘De aantrekkingskracht van het buiten wonen’;
15.50 uur: ‘Reflectie op het thema landschap en jaren ’30 wijken’ door dr. Henk Schmal (Universiteit van Amsterdam);
16.05 uur: Joost Kingma: ‘Stedenbouw van de particuliere tuinwijken’;
16.10 uur: ‘Parallellen tussen de Amsterdamse grachtengordel en de groene gordel van tuinwijken’ door dr. Jaap Evert Abrahamse (RCE);
16.25 uur: Joost Kingma: de architectuur van het jaren ’30 huis. Aanbieding van het ‘eerste’ exemplaar van het boek De magie van het jaren ’30 huis aan prof. dr. Paul Schnabel (Sociaal Cultureel Planbureau en Universiteit Utrecht);
16.40 uur: Reflectie op de architectuur van het jaren ’30 huis door Paul Schnabel;
17.00 uur: Afsluiting, gevolgd door een borrel.

Naar opgaveformulier.

Lezing: het sociale netwerk van Carolus Clusius.

Op zondag 3 februari (om 14.00 uur) staat Salon Boerhaave in het teken van de sociale netwerken van wetenschappers in de 16e eeuw. Boek- en wetenschapshistoricus Sylvia van Zanen neemt u mee naar de Gouden Eeuw, waarin de studie van de planten- en dierenwereld een grote vlucht nam. Aan Carolus Clusius, hoogleraar botanie en oprichter van de Leidse Hortus botanicus, danken we vele honderden beschrijvingen van tot dan toe onbekende planten en dieren. Hij maakte voor zijn werk dankbaar gebruik van een uitgebreid netwerk van naturalisten en tuinliefhebbers uit heel Europa. Clusius schreef en ontving brieven van onder anderen de plantkundige Rembert Dodoens en de uitgever Christoffel Plantijn. Een bijzonder contact was ook Jacques Plateau, een verwoed verzamelaar van curiositeiten. Sylvia van Zanen vertelt over hun bijzondere band en hun wereld waarin primeurs op plantengebied, vriendschap en ruzies de revue passeren.

Sylvia van Zanen werkte bij de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag en bij het Rijksmuseum Amsterdam en hoopt binnenkort te promoveren aan de Universiteit Leiden op een proefschrift over kennisuitwisseling in het sociale netwerk van Carolus Clusius.

Salon Boerhaave over sociale netwerken in de 16e eeuw
Datum: zondag 3 februari 2013
Tijd: 14.00 uur – 15.00 uur
Toegang: gratis op vertoon van een geldig entreebewijs van Museum Boerhaave
Museum Boerhaave, Lange St. Agnietenstraat 10, 2312 WC  Leiden
www.museumboerhaave.nl

Cursus Cultuurlandschappen van Noord-Nederland.

Het Noord-Nederlandse landschap biedt een verscheidenheid aan zand-, zeeklei-, kust- en veenlandschappen. De cursus Cultuurlandschappen van Noord-Nederland ontsluit (wetenschappelijke) kennis van de Noord-Nederlandse landschappen voor bewoners, overheden en maatschappelijke organisaties waardoor omgang met, begrip voor en besluiten over de landschappen in een bredere context kunnen worden geplaatst.

De cursus bestaat uit drie modules: achttien hoorcolleges en drie excursies:
– vrijdag 15 en 22 maart 2013 van 13.00-16.30 uur colleges over de zandlandschappen. Vrijdag 5 april 2013 van ca. 9.00 tot 17.30 uur excursie. Met medewerking van o.a. Gerrie Koopman, Henny Groenendijk, en Theo Spek
– vrijdag 12 en 19 april 2013 van 13.00-16.30 uur colleges over de zeeklei- en kustlandschappen. Vrijdag 26 april 2013 van ca. 9.00 tot 17.30 uur excursie. Met medewerking van o.a. Ab Grootjans, Erik Meijles, en Henk Weerts.
– vrijdag 17 en vrijdag 24 mei 2013 van 13.00-16.30 uur colleges over de veenlandschappen. Vrijdag 31 mei 2013 van ca. 9.00 tot 17.30 uur excursie. Met medewerking van o.a. Hans Mol, Michiel Gerding en Otto Knottnerus.

Studenten € 150,-
Privé personen € 545,-
Bedrijven en instellingen € 695,- (per persoon).

Details: RUG Kenniscentrum Landschap.
Aanmelden: Anne Wolff, a.j.wolff@rug.nl (inschrijfformulier op aanvraag).

Cursus beredeneerde snoei van de leiperen van Villa Augustus (Dordrecht).


Jan Freriks en Daan van der Have in de tuin van Villa Augustus (Dordrecht).

Jan Freriks (1929) bezit een schat aan kennis over de beredeneerde snoei van leifruit, waarbij achter ieder knipje een gedachte zit. Deze vorm van hovenierskunst die nut en schoonheid in één concept verenigt, geldt sinds de 17de eeuw als kunstvorm met vorstelijke allure. De hedendaagse machinegerichte fruitteelttechnieken hebben de oude snoeitechniek echter verdrongen, waardoor leifruit in Nederland nu nog slechts op enkele (historische) buitenplaatsen – waaronder bij Villa Augustus – te vinden is. De laatste jaren lijkt de belangstelling voor deze vorm van hovenierskunst weer toe te nemen, wat voornamelijk te danken is aan Freriks die met veel passie de kennis en het ambacht van deze bijzondere snoeivorm in leven probeert te houden. Hij is opgeleid als tuinbouwvakonderwijzer en deed later in de praktijk zo’n dertig jaar onderzoek naar onder andere oude fruitrassen en geïntegreerde bestrijdingsmiddelen met als doel de nuttige vijanden te sparen.

In de periode 1 maart – 9 augustus, maken deelnemers in vijf dagen tijd kennis met alle facetten van deze bijzondere en bijna verdwenen vorm van hovenierskunst. Doordat in de tuin van Villa Augustus zowel jonge leiperen als bomen in volwassen vorm aanwezig zijn, maakt de cursist in zes maanden tijd met alle groeistadia van de leipeer en de bijbehorende snoeitechnieken.

Snoeidagen: 1 maart (theoriedag), 8 maart (wintersnoei), 10 mei (scheutdunning), 21 juni (1e nijping) en 9 augustus (2e nijping) ; van 10.00 tot 15.30 uur (lunch van 12.30-13.30)
Kosten €325,- pp (incl. lunch)
Aanmelden bij Villa Augustus, 078-6393111 (max. 8 cursisten)
www.villa-augustus.nl

In Hovenierskunst in palmet en pauwstaart (1994) heeft Jan Freriks samen met Wybe Kuitert de geschiedenis en techniek van het snoeien van leifruit beschreven. Overigens, Wybe kortte zijn tekst ook in en werkte deze bij, zie de PDF : Geschiedenis van het Leifruit in de Lage Landen. Hiernaast is er nog de heruitgave van De teelt van leifruitbomen, van Freriks.

Heatmap van Utrechtse buitenplaatsen.

Arjan den Boer van ab-c media laat zo af en toe hele mooie ideeën zien om met innovatieve technieken erfgoedcollecties digitaal te ontsluiten, presenteren en verrijken. Zo berichtte hij een half jaar geleden over een groeikaart van Utrechtse kastelen en buitenplaatsen. Dit in de vorm van een heatmap of warmtekaart. Zo’n kaart laat door een kleurverloop zien waar hoge concentraties van bepaalde punten liggen, denk aan het alom bekende buienradar.

Open in groot venster

Arjan combineerde de lijst van utrechtsebuitenplaatsen.nl met dateringsgegevens uit de Cultuurhistorische Atlas van de provincie Utrecht; alleen buitenplaatsen die nog geheel of gedeeltelijk bestaan zijn opgenomen.

De groeikaart geeft inzicht in het ontstaan van Utrechtse kastelen en de zogenoemde buitenplaatsenzones. Zo zie je de kleurwolken boven de Vechtstreek spectaculair groeien in de 17e en 18e eeuw toen vele rijke Amsterdammers een buitenplaats langs de Vecht bouwden. Het aantal buitenplaatsen op de Utrechtse Heuvelrug zie je vooral toenemen in de 19e en begin 20e eeuw.
Voor de incrowd zijn die zone’s en periode’s geen nieuws, maar om het op deze wijze in beeld te brengen wel. Briljant. Een add-on zou het opnemen van verdwenen buitenplaatsen zijn; je zou die zien verschijnen en later in de tijd weer verdwijnen.

Als je ver inzoomt op de kaart krijgen de individuele buitenplaatsen elk hun eigen kleurwolkje. Ver uitzoomen geeft de indruk dat de hele provincie een grote buitenplaats is. De kleurwolkjes vloeien dan in elkaar over, net als op buienradar; alsof het dan in heel Nederland regent.
Normaal gesproken zijn de punten en bijbehorende details in een heatmap niet individueel benaderbaar, maar Arjan heeft een technisch trucje uitgehaald waardoor je met de muis over de kleurwolken kunt gaan om de namen van de buitenplaatsen te zien. Je kunt ook klikken voor details en een foto.  JH

Voor het complete bericht zie ab-c media.