Rensumaborg (Uithuizermeden) Foto: Carla Oldenburger
Dit jaar vierde Cascade haar langste dag op de Rensumaborg. We waren te gast bij Ans en Ate Meijer. Schitterend weer, een overheerlijke maaltijd (heel veel dank aan de broers van Ate!) en als grote verrassing een tuinkoepel op het bergje achter het huis, naar een voorbeeld van Gijsbert van Laar. Jullie zien op de foto ons hier allemaal bovenop de berg zwaaien naar de ongelukkigen die hier niet getuige van konden zijn. Ans, Ate sr en Ate jr hebben ons natuurlijk ook rondgeleid op hun borgterrein en zo hoort het ook op de Cascade-Midsummernight.
De eenvoudige Frans classicistische aanleg uit de eerste helft van de 18de eeuw (Allert Meijer?) loopt langs een middenas, die loopt over de toegangslaan, dwars door het huis, en achter het huis over de middenas van een moderne geometrische tuin (Alberta Roodzant), over een weide en een vijver, naar de seringenberg met slakkengang en koepel. Deze laatste is een kopie uit Van Laar’s Magazijn van Tuin-sieraaden (1802-1809), Plaat LX? Nog meer over de geschiedenis van de buitenplaats? We kregen allemaal een hoofdstuk over de geschiedenis van de borg en het borgterrein, geschreven door de borgvrouwe Ans Meijer-Reinders zelf, uitgedeeld, zodat we thuis de hele geschiedenis nog eens rustig konden nalezen. De titel van het boek waaruit dit hoodstuk afkomstig is, zal nog volgen.
Nogmaals hartelijk dank Ans en Ate, namens allen. CO
Tuinkoepel van Rensumaborg (Uithuizermeden) Foto: Carla Oldenburger
Plaat LX dan maar even:
En dan nu nog iets over de windvaan. Leuk dat we nu de koepel van de Rensumaborg en de koepel van Van Laar (Plaat LX) kunnen vergelijken. Voor de mensen die niet op de Rensumaborg zijn geweest, hierbij nog een uitleg over de windvaan. Bij Van Laar (plaatje hierboven) weet ik niet wat de windvaan moet voorstellen, maar die op de Rensuma-koepel stelt een zeemeermin voor, die ook in het wapen van Uithuizermeeden voorkomt. Enigszins vreemd is het wel, zo’n zeemeermin boven op een bergje.CO
Titel van hoofdstuk en shawl met geborduurde bloemen. Het genoemde hoofdstuk van Ans Meijer-Reinders is gepubliceerd als hoofdstuk 4 (p. 73-93) in het boek ‘Meij 650, een verzameling bijzonderheden uit de geschiedenis van Uithuizermeeden’, onder redactie van Edze de Boer e.a., Bedum: Uitgeverij Profiel, 2004. ISBN 9052943249. Een uitgave van de Stichting Dorpsbelangen Uithuizermeeden ter gelegenheid van het 650 jarig bestaan van het dorp in 2004.
Verder is er een beige shawl met geborduurde bloemen blijven hangen. Wie deze mist kan bellen naar 0624882076. Ans zal de shawl dan terugbezorgen. CO.
Carla, nu je de tuin summier beschrijft, zou je dan een plattegrondje willen afbeelden, dan spreekt het meer aan. Bij voorbaat dank. Joost G
Die plattegrond staat in het hoofdstuk dat ik als literatuur in de tweede reactie heb opgegeven. We kregen allemaal dat hoofdstuk uitgedeeld. Inderdaad schitterend geïllustreerd, ook met een plattegrond, die ik niet in digitale vorm heb. Het beste lijkt mij, voor de mensen die er niet zijn geweest en wel geïnteresseerd zijn, dat zij via een bibliotheek een kopie van hoofdstuk 4 (p. 73-93) uit het boek ‘Meij 650’ bestellen (zie boven).CO.
Joost, in tekst van de weblog had ik Rensumaborg onderstreept, is een link. Muisklik deze link en Google Maps start en laat Rensumaborg zien ; de beschrijving komt dan vanzelf naar voren. Met schuiven en inzoomen zie je nog meer details.
Grote klasse van de eigenaar, probeer het ontwerp van Gijsbrecht te immiteren maar geef er een persoonlijke draai aan door de windvaan. Ik kan me niet aan de indruk ontrekken dat vrijwel alle ontwerpen uit het magazijn der Tuinsieraden bedoeld zijn om niet te serieus genomen te worden. Op deze manier gaat de eigenaar verder dan strikt de museale waarde en een reconstructie, ik kan het goed waarderen. Op het eerste gezicht toont de foto op de weblog niet de omliggende beplanting zoals in van Laar omschreven. Als deze bomen, bloeiende heesters en bloemen zouden worden aangeplant gaat er volgens mij iets gebeuren met het koepeltje. Niet alleen het gebouw maar de hele compositie, inclusief de stoeltjes, zijn noodzakelijk om de beoogde sfeer te vangen. Gelukkig is die stap een stuk goedkoper dan de reconstructie van het koepeltje. Even doorpakken voor de Resumaborg en het is een nog mooiere plek.
Misschien is het leuk om te weten dat dit Tuinsieraad door Van Laar is gekopieerd uit Grohmann’s ‘Ideenmagazin..'( Heft 27, Blatt 7). Grohmann vertelt in zijn bijschrift dat het hier om het ‘Strohhaus aus Eytra’ gaat. Dit is een verdwenen dorp in Sachsen, in de buurt van Leipzig.Het tuinsieraad heeft dus al eens ergens gestaan!Als het nu om Atlantis zou gaan, zou dat de zeemeermin verklaren, maar nee, het ging om bruinkolenvelden, meen ik…..
AvdD
Sachsen? Ik word nieuwsgieriger naar de tuinkunst in Saksen aan het eind van de 18de eeuw? Waarom? Omdat ik probeer toch wat meer links te leggen tussen de tuinarchitectenfamilie Zocher en de plaats waar ze vandaan komen, namelijk Torgau of Thurgau in Saksen (zie http://www.historischetuinen.nl/oldenburgers/zochers.html). Daarom mijn vraag: staan er misschien nog meer referenties naar andere plaatsen of tuinen in Sachsen in het Ideeënmagazin van Grohmann? Kwam hij zelf uit Leipzig of omstreken? CO
Om op je laatste vraag een antwoord te geven, Carla, Grohmann werd in 1764 geboren in Görlitz, Sachsen, Hij studeerde vanaf 1785, in Leipzig, philosophie, mathematiek, geschiedenis en filologie.Hij overleed in 1805 in Leipzig.
Op jouw eerste vraag kom ik nog terug!
AvdD
In Görlitz, waar ik net vandaan kom, gonst alles naar historie en landschpsarchitectuur (vooral in de omgeving in Oost-Duitsland en Silezië, helaas nog wel erg onderkomen allemaal). Dank voor deze mededeling. We hebben het altijd over Grohmann, maar Baumgärtner is waarschijnlijhk even belangrijk of nog belangrijker? Het antwoord op die eerste vraag houd ik dan heel graag te goed.Dank CO.
Klopt! Ook Baumgärtner speelt uiteraard een grote rol.
Friedrich Gotthelf Baumgärtner werd in 1759 in Schneeberg, Sachsen, geboren. Hij studeerde vanaf 1779 rechten in Leipzig, alwaar hij zich als advocaat vestigde. In 1792 kocht hij een uitgeverij en leidde deze, onder zijn naam, verder. Samen met de uitgevers Voss en Leo ( beide ook in Leipzig gevestigd)werd een ‘stortvloed’ aan tuinpublicaties uitgegeven.
AvdD
Antwoord op jouw eerste vraag: Ja, Grohmann noemt meerdere tuinen en plaatsen in Sachsen, te weten: Dresden (tuin van Maximilian en graaf Von Marcolini), Störmthal (tuin van graaf von Hohenthal), Leipzig (tuinen van Schilting, Herr Dähne en de vorst van Dessau in zijn Leipziger residentie), Eytra (Graaf von Werthern) en de Ritterburg Machern.
AvdD
Als platen die daarbij horen dan ook nog eens door Van Laar zijn overgenomen, en wie weet ook door Zocher gebruikt, wordt het des te interessanter. En wat hij op de Ritterburg Machern heeft gezien, kan wel eens heel belangrijk zijn voor de “Vrije Tuinlieden”. Die Saksische invloed via Grohmann en Baumgärtner en wellicht ook via de Zochers gaat mij steeds meer interesseren. Ik houd me aanbevolen als je wat meer details hebt uitgewerkt of in een artikel hebt verwerkt. CO