Vogelvluchtperspectief van rond 1750 van het kartuizerklooster te Roermond (Bron: website Werkgroep Historie Angerenstein)
Op internet toevalligerwijze tegen deze afbeelding aan gelopen. Hij spat sowieso van het scherm (groot weergeven), de tuininvulling trekt het oog, maar het is vooral de tegenstelling die pakt. Een klooster en die siertuininvulling. Het is het kartuizerklooster van Roermond, eenzelfde tekening zit in de RCE beeldbank. Ik lees: Het is een contemplatieve orde van kluizenaars die toch in gemeenschap willen leven. Hun samenlevingsverbond is een compromis tussen afzondering (kluis) en gemeenschap. Zij verblijven alle dagen in afzondering behalve op zondag. Dit is ook aan de gebouwen te herkennen: aparte kluizenarijen in door muren omsloten tuintjes die door lange gangen met elkaar verbonden zijn.
Op de afbeelding hebben de tuintjes ook allemaal een sierinvulling of in ieder geval sierpatronen.
Omdat Roermond uiteindelijk als Spaans Opper Gelre aan de Zuidelijke Nederlanden, kon het klooster blijven voortbestaan. Na de Oostenrijkse Successieoorlog kwam het bij Oostenrijk. In 1783 werd het klooster opgeheven.
In de Cascade-uitgave ‘Tuingeschiedenis in Nederland III’ (thema Verdwenen tuinen), staat in het artikel ‘Kloostertuinen in Amsterdam vóór de Alteratie’, door Juliet en Carla Oldenburger, op p. 123 de Karthuizer kloostertuin in Amsterdam afgebeeld en op p. 124/125 uitvoerig beschreven. Hieruit blijkt ook dat de Karthuizers een aparte levenswijze hadden (zij volgden de regels van de Moderne Devotie en besteedden hun tijd aan geestelijk leven en daarnaast aan o.a. het kopiëren van boeken – in handschrift op perkament. Vandaar dat karthuizerkloosters in het algemeen beschikken over een uitgebreide bibliotheek.
CO