Tuingezicht Daniel Marot

Tuingezicht, Daniel Marot (Bron: Christie’s), groot.

Leuk toeval. Op twitter of was het linkedin werd melding gedaan van het volgende artikel: ‘De oorspronkelijke tuinaanleg van het Huis Van Wassenaer Obdam in Den Haag en de rol van Daniel Marot’, door Richard Harmanni, in Jaarboek Die Haghe 2022. Joost G. wist me foto’s van het artikel te bezorgen. In dat artikel stond bovenstaand tuingezicht van Marot. Vorig jaar zomer door Christie’s geveild.

Die in plattegrond zeg U-vormige berceau met prieeltjes deed me gelijk denken aan verschillende tuinontwerpen van de hand van Marot. Twee voor Huis ten Bosch (ca.1730-1732), een voor Meer en Berg te Heemstede (1725-1735). En later realiseerde ik me iets gelijkends voor Nijeveld bij Vleuten (1713). En tot slot is er ook na een (ontwerp)vogelvlucht met de achterzijde van Huis ten Bosch met die berceau. Kijk zelf maar even hieronder.
Jan Holwerda


uitsnede Nijeveld (1713, Vleuten), Daniel Marot (Bron: Het Utrechts Archief)


uitsnede Huis ten Bosch (ca. 1730, Den Haag), Daniel Marot (Bron: Haags Gemeentearchief)


uitsnede Huis ten Bosch (ca. 1732, Den Haag), Daniel Marot (Bron: Museum Meermanno)


uitsnede Meer en Berg (ca. 1730, Heemstede), Daniel Marot (Bron: Noord-Hollands Archief)


Huis ten Bosch (ca. 1730, Den Haag), Daniel Marot (Bron: Haags Gemeentearchief)

‘Monument voor een Woningwetwoning’


‘Monument voor een Woningwetwoning’ (1977), Anne Mieke Backer

(OVERGENOMEN Omroep Flevoland)

Het werd in 1977 aangelegd als landschapskunstwerk op een eiland in de Leeghwaterplas in Almere. Het ‘Monument voor een Woningwetwoning’ van kunstenares Anne Mieke Backer.
Het bestaat uit drie, in struiken uitgevoerde, plattegronden van woningen die toentertijd werden gebouwd in Almere. Nu, ruim veertig jaar later, is het kunstwerk bijna niet meer te zien en wordt het ook niet meer onderhouden of aangeduid als kunstwerk. Erfgoedvereniging Heemschut wil daar verandering in brengen.
“In de jaren tachtig was er schrijnende woningnood in Nederland en kwam er dankzij de aanleg van Lelystad en Almere een groot aanbod van nieuwe woningen”, legt Ben te Raa van Erfgoedvereniging Heemschut uit.

“Er waren lange wachtlijsten van mensen die een goed huis zochten. De Woningwetwoning werd bedacht voor mensen met een kleine beurs. Dit monument is daarom cultureel erfgoed omdat het de ziel van Almere is.”
Erfgoedvereniging Heemschut wil daarom dat het vergeten monument weer de aandacht krijgt die het verdient. Er is daarom contact gelegd met de gemeente Almere.
“We hopen dat de omgeving van dit levende kunstwerk wordt vrijgemaakt zodat je het ziet. En we willen dat de gemeente het opneemt in de openbare kunstcollectie, met alle informatie die erbij hoort zodat men zich erin kan verdiepen.”

Meer in deze korte reportage van Omroep Flevoland en de website Flevoland Erfgoed.

Bloemmandje te water (2)


De Breul (1900-1905, Zeist) (Bron: Het Utrechts Archief)

Naar aanleiding van het eerdere bloemmandje te water (zie hier) stuurde Karen Veenland-Heineman scans van drie ansichtkaarten. Een bloemmandje te water op De Breul te Zeist. Daarnaast kent ze ook nog een zwart-wit ansichtkaart verzonden in 1915. Is men zo lang doorgegaan met de ‘floating garden’ (niets nieuws onder de zon) of heeft iemand een oude kaart verzonden?

De Breul (1905, Zeist) (Bron: Zeister Historisch Genootschap)

De Breul (1905-1906, Zeist) (Bron: Het Utrechts Archief)

Kantopsluiting of stalen grasband


De tuin van de Sint Mariaschool te Rotterdam (1930) (Bron: Stadsarchief Rotterdam)


Stalen grasband

Ik weet niet meer wat me als eerste opviel. De hoge schutting? Het prieel? De tuinbank? De vazen? Het gaat uiteindelijk om de kantopsluiting, de grasband. Eerder al gezien in catalogi uit begin vorige eeuw, maar niet zo duidelijk op foto. De stalen grasband, hier in de tuin van de Sint Mariaschool te Rotterdam (1930).
Jan Holwerda


Uit catalogus van Blass & Groenewegen 1908


Uit catalogus van Heenk & Wefers Bettink 1917

Parterre voor kasteel Hardenbroek (1735)


Parterre voor Hardenbroek (1735, Driebergen-Rijsenburg) (Bron: Het Utrechts Archief) groot

De archiefbeschrijving luidt: Ontwerptekening bij de aanbesteding van de aanleg van een parterre met vlak bloemperk in de tuin van huis Hardenbroek door Ludowig Iven, uit 1735, met aan de keerzijde opgave van de begrote aanlegkosten. Op de achterzijde staat ‘comt mij t aenbesteden van de partere te staen op ƒ 50’. Of de parterre gerealiseerd is en waar ten opzichte van het huis is onbekend.

De rode en grijze inkleuring zal op de kleur steenslag duiden. De plattegrond met de tuinen van Het Loo van Christiaan Pieter van Staden (ca. 1720) laat dat duidelijker zien. De onderstaande uitsnede betreft de Koninginnetuin. Met daarna een foto uit 2013 en één van voor 2013. Zie wat die verandering betreft het eerdere bericht uit 2013.


Het Loo van Aftere (ca. 1720), Christiaan Pieter van Staden (Bron: Nationaal Archief) gehele kaart


De Koninginnetuin in 2013


De Koninginnetuin voor 2013

Vuurmachine Soestdijk


Watermolen die de fonteijn doet springen staande in de dier-gaarde
(1695), op Soestdijk.

Zat wat te bladeren door akten in Het Utrechts Archief, lees online bladeren. Kwam op een akte van een ‘nonbetaling‘, d.d. 15 april 1809. Uit de akte komt naar voren dat de ontvanger zich had vervoegd aan het huis van de ‘Heer Architect Zocher te Utrecht‘. Daar had Zochers ‘meesterknecht Nicolas de Jong’ gezegd dat Zocher niet in de stad was. En Zocher zou niet betalen. Hoe het precies te lezen snap ik niet met zekerheid, maar het lijkt er op dat het geld anders was besteed:
‘voor geleverde pijpen aan de vuurmachine op het kasteel te Zoeszdijk, ten behoeve van zijne Majesteit den Koning’.

Die koning is natuurlijk Lodewijk Napoleon. J.D. Zocher sr. was vanaf 1807/1808 tot zijn dood in 1817 betrokken bij Soestdijk. En vuurmachine doet denken aan die van Groenendaal te Heemstede, de stoommachine die daar in 1781 werd gebouwd omwille van watertoevoer naar dat landgoed. Soestdijk en watertoevoer doet weer denken aan de watermolen van Soestdijk, met dat windmolentje op het dak en de rosmolen in het pand. Was de in de akte genoemde vuurmachine als vervanging bedoeld?
Even verder zoekend kwam ik op kranten uit april / mei 1808. In november 1807 was een schip aangekomen uit Hull. Ik denk te begrijpen dat het in beslag was genomen, er was een oorlog gaande… Aan boord was een ‘Vuurmachine met haar toebehooren‘ die ‘op last van Zyne Majesteit, aan derzelver adres was afgegeven‘. Vermoed dat het hier gaat over die vuurmachine die in de akte ter sprake komt.
Leuk dat soort losse draadjes.
Jan Holwerda


De vuurmachine en watermolen van Groenendaal (Heemstede)


Deze stond nog op m’n laptop, een kwitantie van J.D. Zocher uit 1808.
Wat de Martins rechtsonder betreft, via wiewaswie.nl kom ik op Philippus Josephus Martin, ‘stucadoor’ te Haarlem, met zijn gestorven vader Jan Josephus Martin en dus de wed. J.J. Martin.

Hoveniers en tuinbazen

(OVERGENOMEN)
Eeuwenlang bleef alles min of meer hetzelfde in de Nederlandse tuin, maar vanaf de zeventiende eeuw buitelden de ontwikkelingen over elkaar heen: er werden inheemse planten gekweekt en nieuwe technieken ontwikkeld. Aan de hand van het leven en werk van hoveniers en kwekers verhaalt historicus Lenneke Berkhout over de fascinerende veranderingen in het tuinieren.

Zo beschrijft ze hoe een briljante meesterhovenier aan het Oranjehof het beheer kreeg over de Engelse koninklijke tuinen. Ze vertelt over een avontuurlijke tuinmanszoon die naam maakte met het kweken van rijpe bananen en een aanstelling kreeg als botanisch directeur van Schloss Schönbrunn in Wenen, over internationale handelsnetwerken, over hoe de tulpenkoorts de een stinkend rijk maakte en een ander failliet liet gaan, over eigenzinnige tuinarchitecten en plichtsgetrouwe tuinbazen in dienst van de adel. Hoveniers en tuinbazen is een heerlijke geschiedenis vol bloeiende tuinen, weelderige parken en royale kassen – maar het beschrijft ook het einde van een tijdperk.

Lenneke Berkhout, Hoveniers en tuinbazen. Een cultuurgeschiedenis van het tuinieren door de eeuwen heen, ISBN 978 90 213 4080 7, € 22,99, ISBN e-book 978 90 213 4081 4, € 9,99, pp. 224 pagina’s Verschijnt 23 februari
voorwoord Mathijs Deen

Landgoederen van Textiel

(OVERGENOMEN)
Het Overijsselsche Landschap en de Twentse textielindustrie gaan samen ver terug, 90 jaar om precies te zijn. Het landschap is in die tijd flink veranderd, maar de uitdagingen zijn vergelijkbaar. Textielfabrikanten waren bij de inrichting van hun landgoederen afhankelijk van water, bodem en biodiversiteit. En juist die aspecten spelen nog steeds. Andere tijden, maar in de kern dezelfde opgaven. De publicatie Landgoederen van Textiel / aan de slag met de landgoederenzone rondom Enschede (auteur Martijn Horst, 190 pagina’s) combineert historische data over onze landgoederen met de uitkomsten van nieuw (veld)onderzoek. Op basis daarvan is voor elk landgoed een karakterschets en ‘gedachtegoedtekening’ ontwikkeld; een ontwerp in de geest van de oorspronkelijke landschapsontwerper, maar aangepast aan de huidige tijd. Daarnaast zijn waarderings- en vitaliteitskaarten gemaakt waarmee we niet alleen terug, maar juist ook vooruit blikken.

Meer over het project vindt u hier. De publicatie verschijnt begin 2023 in beperkte oplage, verkoopprijs €38,95 (inclusief verzendkosten). Bestellen kan tot en met 15 jan. ’23. Het bestelformulier vindt u op deze pagina. Voor de inhoudsopgave klik hier.

Martijn Horst, Landgoederen van Textiel. Aan de slag met de landgoederenzone rondom Enschede, 2023, p. 190, € 38,95 (incl. verzendkosten).

Tenten


De schrandere Utrechtsche keukenmeid (1769)

Nee, geen aankondiging van een nieuw seizoen Heel Holland Bakt en het gaat me ook niet om het kookboek zelf of wat te eten met de Kerst.
Kijk naar buiten. Daar staat toch een tent? Hoe leuk.
(Zie ook Een winkel met o.a. Turksche Tenten, klik hier)


Turkse Tent op De Eult (Baarn) ca 1770
Turkse Tent op Ter Meer (Maarssen) ca 1740