Combineren van ‘internetbronnen’


De Hooge Houve van Ossendrecht, anon. (1670)  Bron Het Markiezenhof

Kijkend in de beeldbank van het Markiezenhof (Bergen op Zoom) stootte ik op een eenvoudige, maar naar iets later bleek prachtige kaart. Eigenlijk enkel doordat het oog getrokken werd door structuren, door geometrie, door lijnen die een weergave van iets tuinhistorisch zouden kunnen zijn. Na selektie volgde een kaart genaamd ‘De Hooge Houve van Ossendrecht’, met o.a. de aanduiding ‘Speelmansstuck’ en de datering 1670.
Je ziet een rechthoekig terrein met daarbinnen een dubbele bomenrij om een boerderij en huis, maar ook een bijzonder tuinelelement. Na inzoomen zie je een tuinheuvel, oplopende toegangspaden, drie etages en een top met een speelhuys.

Eens verder gezocht (Google) met de trefwoorden ‘hoge hoeve ossendrecht’. Een van de hits is over de ‘Wandelroute Brabantse Wal’. Er wordt vermeld ‘De Berghoeve: Zuidwaarts ligt de markante hoeve op Den Berg, anno 1719. De hoeve was al eerder bekend onder de naam Ruststede en  Hooge Hoeve. De hoeve was enige generaties in de zomer het jachtverblijf van het geslacht Van Aerssen, die hoge posten bezetten in de Republiek der Verenigde Nederlanden. Ze bezaten tot 1761 de Heerlijkheid Hoogerheide die toen aan de Markies van Bergen op Zoom verkocht werd

Een vaag shot van Google Earth laat de noord-west zijde van Ossendrecht zien. Zelf, voor een luchtfoto, Google Maps gestart en naar die noord-west zijde. Tevens, voor topografisch materiaal, naar watwaswaar.nl. En jawel, Berghoeve. En op de topografische kaart het hoogtecijfer 11.2 bij de huidige hoeve en het aangrenzende bosje met 17.2!
En dan daarnaast nog eens het toponiem Sterbos; goh wat moet je daar nou weer van denken?

En als je dan beseft dat de kaart van De Hooge Houve de noordzijde onder heeft, dan zie na 180 graden draaien hoe ’toen’, ‘nu’ en luchtfoto ineenschuiven; de weg, het terrein, de heuvel. En dan besef je het zicht vanaf de toenmalige tuinheuvel. In oostelijke richting zicht op en over het huis en in westelijke richting over de nieuwe polders; aangelegd na de Vrede van Munster (1648, einde 80-jarige oorlog).  Jan Holwerda


.

Nog even een toevoeging vanuit het eerder genoemde watwaswaar.nl; Kadastraal Minuutplan met Den Berg. Opnieuw duidelijk herkenbaar de tuinheuvel, het huis / de boerderij, maar nu komt ook een ‘dreef’ in zuidelijke richting  (naar rechts) duidelijk naar voren. En als je dan opnieuw de kaart ‘De Hooge Houve van Ossendrecht’ bekijkt zie je dan naar boven toe de aanzet van die ‘dreef’? Echter op kadastraal minuut zelf is de ‘dreef’ gericht op de tuinheuvel. In de bijbehorende OAT staat voor 106 de omschrijving ‘Dreef’, bij 105 iets met Koepel…’ en aan weerszijde van de ‘dreef’ en aan de noord- en westzijde van de tuinheuvel ‘hakhout’.


Den Berg op kadastraal minuut (verkleind).  Bron: watwaswaar.nl

Buitenplaatsen rond Antwerpen


Buitenplaatsen bezuiden Antwerpen
Uitsnede uit Civitates Orbis Terrarum. Kaart I-17, Braun & Hogenberg (1572)
Bron: Historic Cities

Als derdejaars student sociale geografie en liberal arts & sciences aan de Universiteit van Utrecht wilde ik u om advies vragen.

Inmiddels ben ik begonnen met het schrijven van mijn bachelorthesis, een afsluitend onderzoek voor mijn twee bacheloropleidingen, waarbij ik heb gekozen voor de historisch-geografische discipline. Deze richting valt aan onze universiteit onder de cultuurhistorie, als verzamelterm voor de archeologische, bouwkundige en historisch-landschappelijke resten van het verleden.

Het onderwerp van deze scriptie betreft de buitenplaatsen rond Amsterdam en Antwerpen. Ik zal mij gaan verdiepen in de weer- en neerslag van deze buitenplaatsen die rond de Gouden Eeuw ontstonden, waarbij de verschillen tussen beide steden centraal staan.

Het is dan ook op dit vlak dat ik u om advies wilde vragen. Over de buitenverblijven rond Amsterdam, welke in de Gouden Eeuw aan rivieren als de Vecht en de Amstel verrezen, is er hier in Nederland meer dan genoeg literatuur beschikbaar. De Antwerpse situatie is echter een ander verhaal: wetenschappelijke publicaties op dit gebied zijn in de Nederlandse universiteitsbibliotheken moeilijk te verkrijgen.

Mijn vraag is dan ook de volgende: wie kan mij aan literatuur/contactpersonen/instanties helpen? Iedere tip is buitengewoon welkom!

Het zou fantastisch zijn als u mij, op wat voor manier dan ook, op weg kunt helpen. Bij voorbaat mijn hartelijke dank!

Hoogachtend,
Felix van Veldhoven (Felix.vanveldhoven@las.uu.nl)

Student Sociale Geografie en Liberal Arts & Sciences aan de Universiteit Utrecht

Historical Estates op Wildernis Kaartenkamer


Sterreschans (Nieuwersluis), A.J. Vesters (1827)


Heerlijkheid Keppel (Laag Keppel), anoniem (1780)

In de meest recente Cascade Nieuwsbrief noemde Carla al de Wildernis Kaartenkamer die Willem Overmars op zijn website heeft geopend.

Tot voor kort was het vooral kaartmateriaal betreffende ‘de rivieren’. Voor mezelf was dit materiaal al een genoegen. Ik woon in de oostelijke Betuwe en heb m.n. vroeger veel door de uiterwaarden gezworven. Dus dan ‘heb je wat’ met het kaartmateriaal van Rijn en Waal.

Toch nu opnieuw aandacht want recent is een nieuwe categorie toegevoegd: Historical Estates. Ik durf niet te zeggen wat de mooiste is want er is o.a. materiaal van Beekhuizen, Keppel, Manpad, Veluwezoom en meer.

De verbinding en/of machine is wel traag en de kaarten (bestanden) groot, dus heb geduld. Maar, geduld wordt beloond. Enne Willem, dat er maar meer moge volgen.  JH

Begraafplaats Brandenburg te Bilthoven

Laura Fokkema neemt dit cursusjaar deel aan de cursus Tuinkunst en Parken, historie en instandhouding, Hogeschool Utrecht.

De cursus speelt in op de vraag hoe en en op welke wijze Groene Erfgoed te revitaliseren. De cursus kent 3 hoofdthema’s ‘Ontwerp en Vormgeving’, ‘Hovenierskunst’ en ‘Rentmeesterschap’. Per trimester ligt het accent op één van deze drie zogenaamde leslijnen.

Laura heeft haar 1ste trimester met de leslijn ‘Ontwerp en Vormgeving’ afgesloten met het onderzoek ‘Begraafplaats Brandenburg in Bilthoven’. Dit onderzoek heeft niet alleen in een papieren rapport geresulteerd, maar kent ook een internetversie. Deze is gepubliceerd op dodenakkers.nl.

Laura heeft ook nog 2 vragen/oproepen:
– wie heeft oude afbeeldingen en/of ontwerpen van de begraafplaats Brandenburg in Bilthoven?
– wie kan de onderstaande foto plaatsen? De foto komt uit een catalogus van Groenewegen en zonen; deze firma zat vroeger naast de begraafplaats, maar de foto betreft niet begraafplaats Brandenburg.


Begraafplaats, in voorbereiding; uit catalogus Groenewegen en zonen.
Bron: Bibliotheek Wageningen UR, Speciale Collecties

Bloembedden voor het buiten van Rhijnvis Feith.


Boschwijk  Bron: website Harry Pierik

De huidige bewoners van Boschwijk (Wijthmen, Zwolle), Gerda en Bert Kiekebelt hebben in samenwerking met PHB de tuinen de laatste jaren grondig aangepakt. Geprobeerd is alles terug te brengen in de situatie die Rhijnvis Feith beschrijft in zijn beroemd geworden gedicht ‘Aan Boschwijk‘, een lyrische beschrijving van tuin en natuur. ‘De Hof van Eden’, noemde Feith zijn tuin.

Harry Pierik geeft op zijn website kort wat meer inhoud aan het vraagstuk ‘hoe kun je verloren bloembedden uit de achttiende eeuw weer tot leven roepen’. Graag had ik nog meer gelezen, maar de foto’s, in aantal en schoonheid, maken de te korte tekstuele inhoud meer dan goed. Klik hier voor het artikel. JH

Meer over Boschwijk: Een aardsch paradijs : De buitenplaatsen Boschwijk, Landwijk en Veldwijk nabij Zwolle, H. Tromp, B. Oldemeierink, J. ten Hove. Zwolle, 1994

De tuinen van de kleinzoon van Willem van Oranje ( II Het Koningshuis te Rhenen)

Nedrhenenkoningshuisjandebeijer1748museu_1

J. de Beijer, 1748. Tekening van het Koningshuis. Museum Het Rondeel, Rhenen.

Koning Frederik I vluchtte dus met zijn vrouw Elisabeth Stuart in 1620 vanuit Bohemen naar de Republiek der 7 Verenigde Nederlanden en kwam in 1621 in Den Haag aan. De eerste jaren woonden zij xe2x80x99s winters in Den Haag en xe2x80x99s zomers in Paleis Honselersdijk, maar later lieten zij als zomerpaleis het xe2x80x98Koningshuisxe2x80x99 in Rhenen bouwen, op de plaats van het Agnietenconvent. Dit paleis is gebouwd in 1630 /1631 door de Haagse stadsarchitect Batholomeus van Bassen (1590-1652). 

      

Nedrhenenpaleischvonbonn1748bullknobiv_4Plattegrond van de gronden van het Koningshuis, get. door C. H. von Bonn, 1748. Bull. KNOB. JG. IV.

In 1631 werden de voormalige kloostertuinen geslecht. Helaas is er geen document bewaard gebleven met de indeling van de tuinen uit de jaren xe2x80x9930 van de 17de eeuw. Wel kennen we een plattegrondtekening van C.H.von Bonn, uit 1748, waarop de ligging van paleis en tuinen duidelijk is waar te nemen (zuiden boven). We zien een zwarte terug-gekantelde xe2x80x9cExe2x80x9d, welke de plattegrond van het paleis voorstelt. Ten noorden en zuiden van het huis liggen resp.de ommuurde voorhof en achterhof. Achter deze laatste hof en nog binnen de stadmuur ligt de voormalige kloosterbegraafplaats, daarachter de stadsgracht (met brug), de stadswal en vervolgens de uiterwaard (Koningswei) en de Rijn. De voorhof en de achterhof liggen in elkaars verlengde en zijn georiënteerd langs een middenas van symmetrie, die ook het paleis in twee gelijke delen verdeelt. Zowel de voorhof als de achterhof zijn via een poort toegankelijk. De Cunerakerk ligt ten zuidoosten van het paleis; ten westen er van ligt binnen de paleismuren, een grote kruiswijs verdeelde tuin (vrij op het westen), waarschijnlijk al vanaf 1631 de moestuin. De ordening van dit complex met paleis, voor- en achterhof en direct opzij uitgestrekte moestuinen, geeft een duidelijke overgang in stijl te zien, van renaissance-aanleg naar Hollands classicistische tuinarchitectuur. Mogelijk was een van de hoven ook nog versierd met parterres. De grote omwalde, omgrachte en omsingelde boomgaard annex nutstuin, staat in 1828 bekend als xe2x80x9cKoningsboomgaardxe2x80x9d, o.a. beplant met wilgen (wilgentenen-cultuur). De tekening doet vermoeden dat het (2/5de) zuidelijke deel is beplant met bomen en dat het (3/5de) noordelijke deel mogelijk wordt ingenomen door klein fruit (bessen), omringd door laag geënt fruit (xe2x80x9cnaantjesxe2x80x9d) langs de randen van de vakken. Het totale terrein is verdeeld in de Vitruviaanse / Hollands classicistische verhouding 2:3, en de acht deeltuinen zijn gerangschikt langs een middenas van symmetrie. Het ziet er naar uit dat Frederik (en architect Van Bassen) bij het ontwerpen van deze tuin de plattegrond van Honselersdijk voor ogen heeft gehad. De omtrek van de Koningsboomgaard is op Google Earth nog duidelijk te onderscheiden. CO.

Lit. H. P. Deys. Frederik V van de Palts en zijn bezittingen in Rhenen. Oud Rhenen: tijdschrift voor de historie van Rhenen. Jg.16, mei 1997, no.2.

De tuinen van de kleinzoon van Willem van Oranje ( I Hortus Palatinus).

Elisabeth Waller stuurde onlangs een interessant artikel op uit Die Zeit nr. 50, dd. 6 december 2007. (http://www.zeit.de/2007/50/Heidelberg-Schloss). Daarin staat te lezen dat reconstructie van de renaissance-tuin rond Schloss Heidelberg serieus overwogen wordt en op dit moment ter discussie staat. Hans-Joachim Wessendorf heeft met zijn mede-standers een stichting opgericht (http://www.stiftung-hortus-palatinus.de), om zijn doel, de heraamleg van de Hortus Palatinus te verwezenlijken. Op de website van deze stichting wordt de geschiedenis van de tuinen in het kort behandeld en ook vele vragen worden hier aan de orde gesteld. De belangrijkste vraag luidt: xe2x80x9cWerden Bäume gefällt?xe2x80x9d en het antwoord luidt: xe2x80x9dEs gibt auf dem Schlossareal ca. 750 Bäume. Einige wenige Bäume sollen entfernt werden, wenn sie z. B. bereits geschädigt sind oder um eine Blickachse freizumachen.. Alle wichtigen, schönen Bäume bleiben erhalten und werden in den Garten integriert (auch die Turner-Eiche).xe2x80x9d Dat integreren lijkt meer een droom dan werkelijkheid. Zie de foto van de hedendaagse situatie hieronder. Misschien is het een goed idee (denk aan 2008 Cascade-Jaar van actie en reactie) als Cascade-vrienden op deze website ook eens enige kritische opmerkingen zouden plaatsen c.q. vragen zouden stellen. In ieder geval kunnen we hier wel constateren dat in Nederland een dergelijke operatie waarschijnlijk niet (meer) mogelijk zou zijn.

Duheidelberghortuspalatinus  Duheidelberghortuspalatinuszelfdeorienta_3

Waarom is dit project voor Cascade-vrienden nu interessant? De Hortus Palatinus valt onder onze Cascade-doelstelling (stimulering van de geschiedenis van de tuin- en landschapsarchitectuur in Nederland en in gebieden die onder Nederlandse invloed hebben gestaan). We zouden kunnen zeggen dat dit laatste het geval is want de opdrachtgever is namelijk de kleinzoon van Willem van Oranje, Keurvorst Frederik (V) van de Palts, die als teken van liefde voor zijn vrouw Elisabeth Stuart deze tuinen heeft laten aanleggen. In 1615 droeg hij aan de Franse architect Salomon de Caus de aanbesteding op. De Caus woonde vanaf 1590 in London en werkte daar aan vele opdrachten voor het Engelse koningshuis. Naast Nederlandse invloeden heeft de Hortus Palatinus ook zeker Italiaanse, Franse, Duitse en Engelse invloeden ondergaan. In 1619, tijdens de uitvoering, in het begin van de Dertigjarige Oorlog (1618-1648), werd de protestante Frederik tot koning van Bohemen gekozen en in 1620 door de rooms-katholieken verjaagd. Slechts één winter is hij koning geweest. Dit bezorgde hem de naam xe2x80x98Winterkoningxe2x80x99. De tuinen in Heidelberg zijn nooit helemaal volgens het plan van De Caus voltooid. Frederik en zijn vrouw Elisabeth zijn namelijk naar Nederland gevlucht en lieten in Rhenen een nieuw paleis bouwen met bijbehorende tuinen. Wordt vervolgd op volgende weblog. CO.

Lit. Salomon de Caus. Hortus Palatinus. Heidelberg, 1620. Digitale uitgave: http://digi.ub.uni-heidelberg.de/diglit/metzger1829.

De drie veelgenoemde Middeleeuwse bronnen


Kloosterplattegrond St. Gallen  Bron: Stiftsbibliothek St. Gallen / Universität Wien

Afgelopen donderdagavond verhaalde Henk Saaltink over Middeleeuwse tuinen. Een interessant, enthousiast verhaal, rijk geillustreerd met dia’s, en vooral ook persoonlijke beleving en belevenissen. Een rijkdom die maakt dat je meer wilt lezen, meer wilt zien, i.i.g. wilt terugzien. Daarom vandaag en morgen een 2-tal weblogs met wat handreikingen.

Waar verhaald wordt over Middeleeuwse tuinen komen altijd een 3-tal bronnen naar voren. Dit zijn de Kloosterplattegrond St. Gallen (819-826), de Liber de Cultura Hortorum van Walahfried Strabo von der Reichenau (842) en de Capitulare de villis van Karel de Grote (8e tot 10e eeuw).

De geweldige website Plantaardigheden heeft o.a. een webpage met Oude kruidenboeken online.
Met meerdere verwijzingen naar die Hortulus van Strabo; Latijnse versie met toegevoegde miniaturen, een Duitse vertaling, het Latijn-Nederlandse boekje en meer.
En ook meerdere verwijzingen naar Capitulare de villis; Latijnse versies, Franse webpages, een Wikipedia entry, maar ook een lijst met o.a. de Nederlandse benamingen.

Dan tot slot de Kloosterplattegrond St. Gallen. De website St. Gall Monastery Plan laat het plan zien, maar kent ook allerlei mogelijkheden om in te zoomen en omvat veel, heel veel details en informatie. Tuurlijk kennen we de plattegrond vanwege de tuinen, begraafplaats en boomgaard. Maar ik leer nu dat het plan samengesteld is uit 5 samengenaaide stukken perkament, een 40-tal strukturen omvat, meer dan 300 bijschriften kent, en een zijde met het plan en een zijde met beschrijving heeft. En er valt te lezen over scenario’s voor de tot standkoming, want als gezegd er zijn 5 delen, maar ook inkt(kleur) verschillen.  JH


Begraafplaats/boomgaard (linker helft) en Groentetuin (rechtsboven)


Medicinale kruidentuin (links) en Kloostergang (rechts)

De Hartekamp, n.a.v. Cascade mini-symposium


De Hofstede de Hartekamp 1709-1788 eigendom der familie Clifford, L.A. Springer

Hét boek(je) over de Hartekamp zelf is wat mij betreft Het landgoed de Hartekamp te Heemstede, door Albers, L.H., A.J. Kramer & J.L.P.M. Krol (1982). M.n. het artikel Apollo’s lustoord, tuin en overplaats van de Hartekamp van Lucia’s hand is genieten.

En ook nog even een opmerking over de door L.A. Springer gecopieerde kaart De Hofstede de Hartekamp 1709-1788 eigendom der familie Clifford. De expositie over Linnaeus in de Casteelse Poort (Wageningen) en ook de website George Clifford Herbarium (1685 – 1760) tonen deze kaart en vermelden ‘kopie door L.A. Springer (1902) naar een verloren gegaan orgineel van G.L. Uhl‘.

Springer vermeldt zelf, in Oude Nederlandse Tuinen, hoe slecht de staat van een 2-tal Hartekamp kaarten is, maar dat ze behouden bleven en in zijn handen kwamen ‘tot vermeerdering mijner collectie‘.
Dus een eerste vermelding met ‘slechte staat‘. Latere publicaties gaan van ‘origineel onbekend‘, naar ‘Het origineel hiervan is niet bewaard gebleven‘, tot tenslotte ‘het origineel bestaat niet meer‘.

Nu kwam in 2005 Noord-Hollands Arcadia van Christiam Bertram uit (boek & CD) en wat kwam ik tegen, jawel beide door Springer genoemde kaarten (op p. 413 en 414), dus ook Geomeetrische afteekening, de hofstede Hartekamp van de hand van G.L. Uhl (tussen 1738 en 1760).

(gedeelte vervanging/aanvulling in 2023:)
Beide kaarten zijn tegenwoordig in de beeldbank van het Noord-Hollands archief te vinden
De Hof-stede De Harte-Camp (1708) Maurits Walraven (1708), klik hier.
Geomeetrische afteekening, de hofstede Hartekamp (13-1760), G.L. Uhl, klik hier.
Jan Holwerda

Samuel van Lunteren en Park van Scherpenzeel

Per 27 september 2005 verwierf de Stichting Vrienden der Geldersche Kasteelen de buitenplaats Scherpenzeel (te Scherpenzeel) in erfpacht. Ten gevolge van de overdracht kwamen onlangs ook enkele architectuur- en tuinarchitectuurtekeningen van de hand van de (tuin)architect Samuel A. van Lunteren in bezit van de stichting. Voor ons is natuurlijk het tuinontwerp van Samuel van Lunteren (gedateerd 1859) het meest interessant.


Huis Scherpenzeel, Cornelis Pronk (1731)  Bron: Kastelen in Nederland

Op een tekening van C. Pronk uit 1731 is te zien dat het kasteel veranderd is in een statig landhuis. Na een verbouwing aan het begin van de 19de eeuw, kreeg de architect en tuinarchitect S.A. van Lunteren in 1854 een verbouwingsopdracht. Vanaf 1857 werden interieur en exterieur van het gebouw in neogotische stijl veranderd. Hierin werd ook de parkaanleg betrokken. In 1859 maakte Van Lunteren een ontwerp voor een nieuwe aanleg rond het huis. Tot zijn overlijden in 1877 is Van Lunteren met de restauratie van huis en park bezig geweest.


Huis Scherpenzeel  Foto: A. Speelman (2007)  Bron: webshots

In 1980 is sprake van een nieuwe restauratie in opdracht van de gemeente Scherpenzeel; toen zijn de plannen van Samuel van Lunteren weer als uitgangspunt genomen. Het park uit de tijd van Van Lunteren was nog duidelijk herkenbaar, hoewel de slingerende vormen wat waren afgezwakt. Wel zijn de oorspronkelijke zichtlijnen behouden, evenals de vijvers en de open grasvelden. De tuinarchitect Hugo Poortman was de ontwerper van een rosarium aan de zuidkant van het huis (sinds WO II verdwenen). Ook Leonard Springer werkte hier aan het begin van de 20ste eeuw.
Sinds 1983 vormen het gerestaureerde neogotische huis, het koetshuis, de tuinmanswoning en 6 ha negentiende-eeuws landschapspark (met resten van een ijskelder), weer een hechte eenheid. Sinds 2000 is het totaal ensemble een beschermd rijksmonument.

Zie ook het artikel van Wanda Waanders. Drie generaties Van Lunteren aan de Servetstraat te Utrecht: bekwaam in het kweken van bomen en gewassen, aanleggen van parken en het bouwen van huizen. Cascade Bulletin voor Tuinhistorie. Jg. 9 (2000), nr.2.p. 5 t/m 33.  CO


Park Huis Scherpenzeel, S.A. van Lunteren (1859)
Foto: Stichting Vrienden der Geldersche Kasteelen