Sonsbeek (ca. 1930, Arnhem), met een rode stip heb ik alle toenmalige banken aangegeven (Bron: Gelders Archief)
Op de afgelopen Cascade RTC toonde ik deze prachtige kleurenkaart van Sonskaart uit circa 1930. Ik dacht doe ik hier ook nog even. Allerlei bekende nu nog bestaande terreindelen en invullingen springen direct naar voren, maar ook verdwenen onderdelen als bijvoorbeeld de bloemisterij in de huidige Steile Tuin. De namen van lanen, vijvers en terreindelen staan op kaart genoteerd, net als bezienswaardigheden zoals de grot en grote waterval, de belvedère en de Apostelenberg. Een bijzonder detail vormt de vastlegging van alle banken in het park. Door deze rood aan te stippen zijn ze meer zichtbaar en gemakkelijker te tellen. Meer dan 100 banken stonden er in die jaren. Sonsbeek was niet alleen een wandelpark, maar ook een park om te verpozen. Ook toen al.
Jan Holwerda
Tegenwoordige bezoekers hebben geen banken nodig (Foto: Bas Boerman)
Nog niet eens zo lang geleden was recreatie op grasvelden ondenkbaar. Kan me de bordjes Verboden toegang nog herinneren. In het boek ‘Aanleg van parken’ van Th. Uilkens (1854) wordt een manier genoemd om grasranden te beschermen, naar voorbeeld van Sonsbeeck; ‘Wil men in openbare tuinen het beloopen der grasranden voorkomen, dan sla men in de grasrand op elke voet een, twee of drie paaltjes een paar duimen of iets meer boven den rand uitkomende waardoor het gaan daarop ten enemale belet wordt, eene handelswijze die wij nog onlangs op het buitengoed Sonsbeeck bij Arnhem hebben opgemerkt’.