Op de site van de Stentor las ik:
In vier parterres van de tuin van Paleis Het Loo stonden oorspronkelijk vier marmeren beelden: Flora (godin van bloemen en lente), Bacchus (god van wijn en herfst), Apollo (god van zon en tijd) en Pomona (godin van de vruchten). Flora en Bacchus bleven bewaard, maar Apollo en Pomona zijn bij de ontmanteling van de tuin in de tijd van de Franse Revolutie verloren gegaan.
Voor de restauratie van de tuin werd in Nederland een passend beeld van Apollo gevonden, waar volgens de kennis van die tijd een kunststof kopie van werd gemaakt. Alleen van de Pomona was geen goed voorbeeld bekend. Uiteindelijk werd dit gevonden in de collectie van de Engelse koningin: een marmeren beeld, naar ontwerp van de Italiaanse beeldhouwer Pietro Franqueville (1548-1615). Kopieën van beelden en vazen, die om conserveringsredenen niet buiten kunnen staan, zijn tot nu toe van kunststof of van mortel met marmerslag gemaakt. Door nieuwe ontwikkellingen is het nu mogelijk een kopie in marmer te maken.
Het National Conservation Centre in Liverpool maakte driedimensionale opnames en computermodellen van het beeld. Op basis hiervan werd het beeld door een computergestuurde machine gehakt uit Italiaans marmer, geïmporteerd uit Carrara. Met het plaatsen van de Pomona is het viertal parterrebeelden weer compleet en is de situatie weer zoals de zeventiende-eeuwse stichters van Het Loo die hadden bedacht.
Bij het National Conservation Centre kun je meer over het hele proces rond deze Pomona lezen en zien. Het 3D model, de verdeling in 8 stukken, de computergestuurde vormgeving en de samenstelling tot een geheel. De woorden ambacht en beeldhouwen krijgen zo een wel heel andere inhoud. JH