Hoe te noemen?

Hoe zou je dit ding op de foto noemen? Er schijnt geen gangbaar kunsthistorisch woord voor te zijn, maar wie weet. Deze staat bij kasteel Biljoen (Velp, net gerestaureerd), maar ze zijn er ook op Lichtenbeek (Arnhem) en Oranje Nassau’s Oord (Wageningen). Wie kent er nog meer?

Het zijn geen vazen of sokkels, maar hoe dan wel te noemen: inrijzuilen, entreeornamenten, toegangselementen?
Niek Ravensbergen

Aan de oprijlaan van kasteel Biljoen (Velp).
Foto: Niek Ravensbergen.


Aan de oprit naar Huize Lichtenbeek (huis bestaat niet meer, ornamenten nog wel).

8 gedachten over “Hoe te noemen?

  1. Ik zou het een pyloon noemen.
    Een pyloon is de duiding van een entree/toegang en vormt daar een sierelement zonder constructieve betekenis.
    Dit i.t.s.t een hekpijler, dat is een stevige constructie waaraan een een hek is bevestigd, de pijler moet het gewicht van het hek dragen/opvangen.
    Wanneer dergelijke pijlers naast een inrit staan zonder iets te dragen, louter voor de sier, dan zou je kunnen spreken van een pyloon.

    Een pyloon is ook in gebruik wanneer het gaat over een gedenkzuil. Op de Schepelenberg onder Heemskerk geeft een pyloon de plaats aan waar in de middeleeuwen de graven van Holland door de Kennemers werden gehuldigd bij de aanvaarding van hun ambt.

  2. Je vindt ‘m niet terug, maar hoe zou ie in de toenmalige offerte of opdracht zijn omschreven? (zo die er al is geweest). Zou een Craandijk of een andere 19de-eeuwse wandelaar of bezoeker ze misschien noemen? En met welke naam dan wel.

  3. Nico en Jan, dank voor jullie reactie. Aan de term pyloon moet ik wel wennen, ik associeer het zelf met Egyptische tempels. Ik ben voorlopig nog het minst ongelukkig met het zelf gecreëerde woord ’toegangsornamenten’.

  4. Op kasteel Nederhorst staan ook twee van dergelijke 18de eeuwse ornamenten ter weerzijde van de slotlaan. Ze hebben zelfs een monumentennummer, 520090, en de beschrijving van de Rijksdienst luidt:
    “Omschrijving onderdeel 6: STEL TUINVAZEN behorende tot de buitenplaats De Nederhorst. Aan weerszijden van de laan voor het huis staan twee identieke 18de-eeuwse gebeeldhouwde sokkels van natuursteen in Lodewijk XIV-stijl. Op de sokkels ligt een gebeeldhouwd kussen. Waardering STEL TUINVAZEN van algemeen belang: – vanwege de ouderdom; – vanwege de vormgeving in 18de-eeuwse Lodewijk XIV-stijl; – als karakteristiek en decoratief onderdeel van de aanleg; – vanwege de ensemblewaarde.”

    Volgens een 18de eeuwse gravure stonden ze oorspronkelijk aan het begin van de grote laan bij de aanlegstijger aan de Reevaart . De Reevaart is een 17de eeuwse vaart die in verbinding stond met de Vecht.

  5. De term pyloon lijkt me historisch gezien ook niet juist, hoewel het in het huidige taalgebruik van toepassing kan zijn. De associatie met tempels had ik ook, het betreft dan in het algemeen hoge (en zware) constructies ter weerszijden van de ingang van een tempel.
    De term pyloon gebruiken voor op zichzelf staande ornamenten ter weerszijden van een (toegangs)laan doet dan min of meer (en uitsluitend) recht aan de locatie waar ze worden gevonden -en zelfs dan wordt het begrip nogal ver opgerekt.

    De term sokkel doet vermoeden dat er iets op moet kunnen staan/liggen/rusten. En hoewel dat met de ornamenten van Kasteel Nederhorst lijkt te kunnen (gegeven het feit dat er ‘kussens’ op liggen), kan daar bij de bovengenoemde voorbeelden Biljoen en Lichtenbeek geen sprake van zijn.

    Ik zou willen dat ik het hier kon afsluiten door een antwoord te geven, maar helaas. Verder zoeken, dus.

  6. Benamingen van deze objecten zijn
    “Poppen” (zoals bij Biljoen en zie bv. Beverweerd, 2 x 2 van gietijzer) en
    “Orthostaten” (in de betekenis van grenspalen of -aanduidingen ;daar vallen ook onder de ooit aanwezige gekoppelde Dorische zuilen op de hoofdlaan van Het Loo)

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *