Uit Den Nederlandtsen hovenier (1669) van Jan van der Groen
Het groen buldert de grond uit, potten en kuipen raken gevuld en het is droog!! Dat en het eerdere bericht over de inzet van de brandspuit van Jan van der Heyden op de buitenplaats (zie hier) schoten me door het hoofd toen ik bovenstaande afbeelding uit Den Nederlandtsen hovenier van Jan van der Groen vandaag weer eens zag.
Het gaat mij ook hetgeen waar de E. bij staat, aan de voet van de oranje- en vijgeboompjes:
E. Zijn water-testen waer in een reepje laken lent / waer upt het water langs het selve geduurig na de wortel afdruppt.
Uit een citaat dat ik eens aanhaalde in een artikel over het overbrengen van volwassen bomen met mallejannen van elders naar kasteelpark De Haar, komt eenzelfde toepassing naar voren. Het Algemeen Handelsblad uit 1895 weet te melden:
Deze boomen worden gedurende den aanleg kunstmatig gevoed. Aan eiken stam is bevestigd een bloempot, half gevuld met aarde en katoenen of wollen draad, en verder met water. Uit de opening in den bodem van den pot hangen losse draden af, die met het andere einde in den grond tusschen de wortels verspreid zijn. Door het voortdurend afsijpelen van vocht uit den pot langs de draden blijft de grond om den wortel ook in ’t droogste weer steeds vochtig en kunnen de wortelvezels gelijkmatig het noodige voedsel opnemen.
Gezien de omvang van de verplaatste bomen en hun waterbehoefte denk je onwillekeurig aan flinke bloempotten.
Jan Holwerda