Buitenplaatsen in boek Soest in de 17e en 18e eeuw

Op 12 november j.l. verscheen het boek Soest in de zeventiende en achttiende eeuw, een uitgave van de Historische Vereniging Soest / Soesterberg.

In dit 288 paginaxe2x80x99s dikke boek – waarvan ik het overgrote deel heb geschreven – zijn circa vijftig paginaxe2x80x99s gewijd aan de geschiedenis van de Soester buitenplaatsen voor wat betreft bovengenoemde eeuwen. Over deze buitenplaatsen – waarvan helaas niet veel is overgebleven – was tot op heden nog maar erg weinig tot niets geschreven.

De beschreven buitenplaatsen zijn:
– Bleijendaal (families Van den Berch, Cardoso, De Weth, De Waal, Hamel, Schipper-Veselaar, Rijcksz-Van Baerle, Schutter)
– Maperduijs / Mopperduijs (families Van Sneul, Van Westrenen, Van Staverden, Van Rootselaar, Van Logtensteijn)
– Hofslot (families Van Weede, Baeck-van Erp, Van der Meersch, Teeckman-van Hoornbeek, Inssen, Doeckes, Van Pembroek en Krebs)
– Heuvel en Daal / Vosseveld (families Van Rheede van Amerongen, Bartolotti van den Heuvel, De Swart)
– Middelwijk (families Van der Meersch, De Clercq, Smit, Eberlein, Richter, Zubli, Offerman en Muijsken)
– Engendaal (families Van Davelaar, Beck, Maes, Scheen, Van Sandendaal, De Hoogh, Methorst)
– Sterrenberg (Soesterberg; families Van Weede, Berger, Wittert, Van Tuyll van Serooskerken, Bosch van Drakesteijn)
– Hogerhorst (Hoogland; families Van Speuld, Van Wenckum, Van Wijnbergen, Livingstone-Edmond, Lijnslager, Teeckman, Elsevier, Van Ewijk).

Laatstgenoemde buitenplaats Hogerhorst lag weliswaar onder Hoogland maar hoorde kerkelijk onder Soest; de eigenaren/bewoners waren meer op Soest georiënteerd dan op Hoogland.

Aan de beschrijvingen van de afzonderlijke buitenplaatsen gaat een korte algemene inleiding vooraf over aanzienlijke bebouwing in het Eemland in het algemeen en Soest in het bijzonder.

Gérard Derks
(Historische vereniging Soest/Soesterberg)

Zie ook de website van Museum Oud Soest.

Azaroolboom en Lambertsnoot, nieuws over Vroom-tuinen


Haren, Villa Volonté (1904)

Inleiding
In de tweede helft van de negentiende eeuw zijn, ook in Noord-Nederland, veel tuinen aangelegd in de late landschapsstijl ; in Groningen noemen we ze xe2x80x9cslingertuinenxe2x80x9d. Nu de rekeningenboeken van  boomkwekerij Bosgra te Bergum boven tafel zijn gekomen weten we dat twee belangrijke tuinarchitecten uit die tijd, Gerrit Vlaskamp en Jan Vroom sr., de benodigde bomen en heesters bij Bosgra bestelden en daar waren heel bijzondere bomen bij. Iedere rekening vermeldt de naam van de opdrachtgever, zijn of haar woonplaats en, indien van toepassing, de naam van de betrokken tuinarchitect .

Met enig zoek- en puzzelwerk, en met hulp van diverse historische kringen, was het mogelijk te achterhalen welke tuinen van villaxe2x80x99s/buitenplaatsen (8) en welke van boerderijen (6) door Jan Vroom sr. zijn aangelegd met plantmateriaal van Bosgra. Het betreft in alle gevallen tuinen, die na 1890 zijn aangelegd. De late landschapsstijl is dan over haar hoogtepunt heen en geleidelijk verschijnen de eerste mozaïekbedden:  de gemengde tuinstijl dient zich aan.

Beplanting
Een groot deel van de soorten die Bosgra leverde is niet eerder in een Vroom-tuin  aangetroffen. Wat verder opvalt bij de keuze van het plantmateriaal is de grote verscheidenheid aan bladkleuren ; variëteiten met rood, geel, zwart of bont blad waren kennelijk geliefd en voorhanden. Bij gebrek aan compleet uitgewerkte ontwerp-tekeningen is niet meer te achterhalen hoe die bonte verscheidenheid aan bomen en heesters gegroepeerd was.  
Kijkend naar de plantenlijst voor Villa Volonté (met 175 verschillende bomen en heesters) zien we dat van een aantal soorten maar één exemplaar is besteld, zoals het geval is met de treurbeuk, de pagodeboom en de lijm-acacia. Deze zijn vanwege hun fraaie vorm ongetwijfeld als solitair geplaatst en niet in een groepje met andere soorten. Anders ligt dit voor hulst, jeneverbes en taxus, die in veel grotere aantallen zijn aangeschaft. Groepering in een perk van één soort ligt voor de hand. En iets daarvan is op de oude fotoxe2x80x99s en ansichtkaarten van de tuin van villa Volonté ook wel terug te vinden.
Verbluffend is dat binnen één geslacht soms wel 10 tot 20 verschillende soorten werden  toegepast: voor  de tuin van notaris Hofstede in Grootegast werden 10 verschillende soorten eiken besteld en voor de tuin van villa Hilghestede 17 soorten esdoorns. Anders dan in het begin van de late landschapsstijl worden steeds meer coniferen aangeplant en niet alleen taxus en moerascypres, maar ook den en larix, thuja en jeneverbes, cypres, ginkgo en zilverspar vinden hun weg naar de grote tuinen. Tenslotte, vaste planten komen maar op drie rekeningen voor; bij villa Volonté is sprake van xe2x80x9c25 vaste plantenxe2x80x9d en we moeten maar raden welke bedoeld zijn. Voor villa Hilghestede worden meer  vaste planten genoemd waaronder, opvallend genoeg, een aantal gras-achtigen, zoals Bambusa, Arundo, Eulalia  en kafferkoren (Andropogon formosus).   Voor de tuin van Vredenrust (het latere Huize Tavenier) zijn er vele met naam en toenaam genoemd zoals o.a. Campanulaxe2x80x99s, riddersporen, anjers en daglelies.

Aanleg
Van vier tuinen is tot nu toe een plan van aanleg van Vroom gevonden, gekenmerkt door grillig gevormde vijvers en perken; dit  in tegenstelling tot de eenvoudige ronde of ovale vormen die eerder in de landschapsstijl gebruikelijk waren. Midden voor het huis ligt een eenvoudig mozaïekperk. Hoewel het ontwerp voor de tuin van villa Volonté nog niet is gevonden kennen we wel het uitbundige mozaïekperk dat een groot gedeelte van de voortuin in beslag nam: het prijkt op heel wat oude ansichtkaarten.

De tekst met een overzicht van Vroom/Bosgra tuinen, een lijst met bijzondere bomen en heesters in Vroom/Bosgra tuinen rond 1890 en meer afbeeldingen en kaarten is samengevoegd tot een pdf document, klik hier.

Tineke Scholtens-Ter Haar
met dank aan Eric Blok, Anita Dijkstra en Aly Westra-van der Mark.


Haren, Villa Volonté met mozaïekbed

Conservator tuinen van Paleis Het Loo

Op eerdere Cascade momenten vernamen we het al, Ben Groen conservator tuinen van Paleis Het Loo gaat met pensioen. Een vacature werd aangekondigd en een dikke week geleden verscheen deze op internet.

Gezocht wordt een botanicus met aantoonbare kennis en expertise op academisch niveau van historische beplantingen en tuincultuur. De volgorde in de voorgaande zin maakt het duidelijk: de nadruk ligt op botanicus en er wordt niet een historicus met botanische kennis gezocht.
Zie ook de vacature op de website van Paleis Het Loo en op vkbanen.nl.

Vijf jaar Cascade-weblog


St. Janskruid = Hypericum perfoliatum

Uit vele wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat St. Jans-kruid effectief is als antidepressivum. Dat effect is nu precies wat Cascade-vrienden al 5 jaar ondervinden bij het innemen van de weblogs van ónze Jan. Het plaatsen van deze weblogs is 5 jaar geleden ergens in december begonnen met Jan zijn uitdagende, uitstekende, interessante, jolige, treffende teksten, een unicum in het land van de Nederlandse culturele-erfgoed-organisaties. Ga maar eens terug in de tijd. Druk eens op het woordje Meerxe2x80xa6  onder in de blauwe rechter kolom van de weblog en kijk nog eens welke onderwerpen vijf jaar lang de revue zijn gepasseerd. Het is een overdonderende cascade van onderwerpen. Waar haalt hij het vandaan, vragen velen? Enthousiasme en liefde voor ons vak zijn de bron. Wij allen zijn je overvloedig dankbaar Jan. Deze 'gouden' st. Jansbloem fungeert als boekenlegger en geeft aan waar we in het Cascade-logboek na 5 jaar gebleven zijn. Sorry voor deze 'inbraak'  in jouw weblog. Reageren zou wel leuk zijn.  CO

Villatuinen in Nederland 1900-1940, derde druk!

Vanaf morgen weer verkrijgbaar: Villatuinen in Nederland 1900-1940 (zie ook weblog 23 oktober 2008). Nadat de eerste en de tweede druk binnen korte tijd geheel uitverkocht geraakten komt er nu een derde druk. Toch wel bijzonder, een derde druk voor een boek op het terrein van tuingeschiedenis.

Nog niet in de kast? Het kan nog net voor onder de Kerstboom: Villatuinen in Nederland 1900-1940, xe2x82xac 19,50, te bestellen via: www.villatuinen.nl.

Tine Cool, nog wat (kranten)snippers

N.a.v. de weblog van Carla over Tine Cool (zie 24 nov 2010) heb ik een quick scan over gedigitaliseerde kranten gedaan. Een aantal nieuwe snippers duiken op:

In 1927 (17 tot 29 sept.) vond De Tuinkunsttentoonstelling in den Haagschen Kunstkring plaats. In minimaal twee kranten werden inzendingen besproken. Ook over werk van Tine Cool (en andere tuinarchitecten) wordt een en ander gezegd.


Nieuwe Rotterdamsche Courant, 23-09-1927

Samenwerking als genoemd in combinatie met gemeenschappelijken tuin betreft de Amsterdamse Coöperatieve Woningvereeniging 'Samenwerking' BA (website / informatieblad). Bloementuin in den Boomgaard betreft de tuin van familie A. Moolenburgh  te Bussum (ook vermeldt in Jongere Tuinkunst 1900-1940 van Eric Blok).


Het Vaderland : staat- en letterkundig nieuwsblad, 22-09-1927

Verschillende villatuinen, klinkt overeenkomstig meerdere tuinen te Bussum als genoemd in Jongere Tuinkunst 1900-1940. De schooltuin te Naarden lijkt een nieuw object.

Nieuw, in een ander artikel, is ook de Nederlandsche tuinbouw- en tuinkunsttentoonstelling te Madrid in 1929, met tuinplannen van o.a. Tine Cool.
Tine Cool schreef in veel tijdschriften. Een nu opgedoken titel is die van het tijdschrift Droom en Daad, een afsplitsing van het blad Leven en Werken ; er werd gemikt op meisjes met een behoorlijke opleiding (aldus KB).
Tot slot vond ik ook de overlijdensadvertentie en een aantal artikelen over Tine en haar werk (beperkte necrologie) en korte verslagen betreffende haar begrafenis (wie waren erbij).

De knippels heb ik gebundeld in een pdf document dat bij mij is op te vragen (mail). Een ander ziet mogelijk nog andere details of andere interessante namen. En de echte liefhebber wil het mogelijk printen en invoegen in Jongere Tuinkunst 1900-1940.  JH

Gedeelte van een buitenplaats door M. Schouman, ca. 1790


Tekening Martin Schouman, omstreeks 1790.

Op deze tekening van  63 x 46 cm, gesigneerd door M. Schouman zien we een gedeelte van een buitenplaats, met op de voorgrond een slingerende waterpartij met kleine waterval, wat sierbomen (naaldboom, treugwilg) en een uitzicht op een polderlandschap met rechte sloot en een molen.
Martinus Schouman wiens signatuur onder de tekening staat, werd geboren in Dordrecht in 1770 en overleed in 1848 te Breda. Datering van deze tekening lijkt me omstreeks 1790, gelet op de toch nog wat stijve stijl van tekenen en de onbeholpen boom op de voorgrond.
Er staat niet bij welke buitenplaats dit is, maar ik denk dat we hem in het westen van Nederland moeten zoeken, omgeving Dordrecht waar Schouman woonde. Ik noem het buitentje maar Molenzicht.

Martin van den Broeke


Detail tekening Martin Schouman, omstreeks 1790.

Bloggen of Twitteren?

Hedenmorgen, 26 november 2010, las ik in de Volkskrant onder de kop ‘De Blogger wijkt uit naar Twitter‘ dat webloggen ‘uit’ is of uit zal raken en dat sociale netwerken ‘in’ zijn of in zullen raken, voor zover ze dat nog niet zijn. Ik schrok er een beetje van. De enige weblog die ik goed ken, is natuurlijk de Cascade-weblog. Hierop kan je alles vragen, opmerken, aankaarten, uitleggen, wat je maar wilt en zo kort of zo uitgebreid je maar wilt. Toegegeven het kan ook best zo af en toe wat korter, maar de aangeleverde inhoud kan beslist niet vervangen worden door een tweet van 140 tekens op Twitter of op andere sociale netwerken (tot hier al 587 tekens gebruikt, dus ongeschikt voor Twitter).

Nadat ik al minstens twee jaar ‘invitations’ via het sociale netwerk LinkedIn van vakgenoten heb ontvangen en deze stelselmatig niet heb beantwoord, ben ik onlangs toch maar eindelijk eens overstag gegaan en heb ik me bekeerd tot genoemd sociaal netwerk van ervaren professionals. Ik antwoord nu vaak met ‘Accept’ en heb dit ook anderen gevraagd voor mij te doen.
Het nut moet zich echter nog bewijzen; ik wacht dus rustig af en laat me graag door anderen (m.n. mijn jongere collega’s) overtuigen. Volgens mij is Cascade het mooiste netwerk wat er voor de kring van het groene erfgoed bestaat, ook al zijn niet alle geïnteresseerden aangesloten. Wie in dit vakgebied werkt en geen vriend is van Cascade, doet zich zelf veel te kort. Ik denk dat geen enkele Cascade-vriend de Cascade-weblog wil missen in de plaats van welk netwerk dan ook, maar is dat zo?

Proef op de som (in de geest van het Volkskrant-artikel): Lees eerst de web-log van 24 nov 2010. Ik stel me voor dat hiervoor in de plaats dan de volgende tweet op je telefoon of in je emailbox komt: ‘Meer gegevens over de tuinarchitecte Tine Cool beschikbaar op Works by Tine Cool 1887-1944‘. Haar nalatenschap werd overgedragen aan tuinarchitecte C. C. Voute. (140 tekens). Mijn eerste reactie is dan: Waar gaat het eigenlijk over? Wat is te prefereren? CO.