En dan loop je richting de boventuin en even later in diezelfde boventuin en dan weet je het niet meer. Vaak genoeg geweest. Goed, de laatste keer 2, 3 jaar geleden, maar hoe was het ook alweer? Waar stonden welke bomen? Hoe was die gedeeltelijke invulling met parterres ook alweer? Wat moet ik nog meer herinneren?
Maar eens op zoek gegaan op internet. Naar beelden om m’n herinneringen op te roepen. Het Loo is heel, maar dan ook heel veel gefotografeerd. Maar de boventuin toch het minst. Gezocht naar een beeld dat past bij een van de foto’s gemaakt bij de opening:
Boventuin met grasparterres en onderbroken plate-bandes (2008) Foto: Jan Holwerda
Boventuin met buxusparterre (2007) (maker onbekend)
De foto’s geven een beeld vanuit de colonnades richting het Paleis. Uit verschillend materiaal heb ik dezelfde strook uitgesneden en na elkaar gezet (omwille van ruimte zijn de uitsnedes gekanteld; colonnade links). Zie dit maar als het ruimer opvatten van de vraag ‘hoe was het ook alweer?’:
Uitsnede uit kaart van C.P. van Staden (ca. 1725) ; gebruikt voor de reconstructie 1977-1984
Ontwerp van Asbeck (1977) ; uit Groen 1977 nr. 12
Luchtfoto van de ‘compromis-invulling’ (2006) ; Google Earth
Uitsnede kaart Henri Reetz (1706) ; gebruikt voor reconstructie 2006-2008
Ontwerp Bureau van Asbeck (2006) ; uit Zwierig binnen de perken, L.E. Groen & J.C. Bierens de Haan
En nogmaals C.P. van Staden ; om verschillen en overeenkomsten dichter bijeen te zien
De gedachte boventuin-invulling van de 1ste reconstructie (1977-1984) kon slechts deels worden doorgevoerd, als compromis bleef een 35-tal bomen uit de landschappelijke aanleg van 1808 staan. Verder was de parterre-invulling als een in buxus gedacht, en de plate-bandes als een aaneengesloten ‘band’ (zie 2de foto en luchtfoto). De kaart van Henri Reetz, beschrijvingen, maar ook ervaringen maakten duidelijk dat de buxusinvulling een grasparterre moest zijn, en de plate-bandes onderbroken. Verdere details en achtergronden worden geschetst in het boek(je) Zwierig binnen de perken van de hand van L.E. Groen en J.C. Bierens de Haan. Hierover meer in een volgende weblog. JH