Tuin- en landschapsarchitect Hans Warnau


Tuin van het Stedelijk Museum te Amsterdam, naar ontwerp van Hans Warnau, 1952
nu sinds kort verdwenen

Afgelopen najaar is een boek verschenen over een voor outsiders tamelijk onbekende tuin- en landschaparchitect, getiteld Tuin- en landschapsarchitect Hans Warnau [1922-1995]: vanzelfsprekende schoonheid, geschreven door Gerrie Andela (kunsthistoricus) en Anja Guinée (landschapsarchitect), en uitgegeven door uitgeverij Blauwdruk te Wageningen. ISBN: 90-75271-23-9; Prijs: 44,00. Met noten, literatuurlijst, werkenlijst en register.

Het is echt een bijzonder boek dat door zijn terughoudende vormgeving wel of niet direct opvalt. Het is maar waar je gevoelig voor bent. Zo was het met de tuinen en parken die Warnau maakte ook. Je moest het zien en de kunst verstaan de eenvoud als ultieme schoonheid te waarderen, dan viel je meteen voor zijn werk en voor zijn persoon. Het boek bestaat uit 2 delen, te weten 5 hoofdstukken die alle verwijzen naar voorbeelden van zijn werk en een tweede deel dat nader ingaat op een aantal van zijn projecten. In het eerste deel komen aan bod zijn Amsterdamse periode (Wederopbouw, tuin Stedelijk Museum); zijn vormgeven met als uitgangspunt het zoeken van de essentie; zijn ervaring met recreatieprojecten; zijn werk in relatie tot de moderne stedenbouw en tenslotte zijn kwaliteiten als leermeester aan de Academie van Bouwkunst en aan de Landbouwhogeschool.

In een volgende Cascad-E-Nieuwsbrief of in het Cascade-Bulletin 2007 wil ik inhoudelijk met een notitie nader op het boek terugkomen.  CO